Theunisse: geen weg terug voor Landis

SIERRA NEVADA (ANP) - Floyd Landis zal het stempel dopingzondaar altijd met zich meedragen. Ook al zou de Amerikaan kunnen bewijzen dat hem geen blaam treft voor de verstoorde hormoonhuishouding die hem in de Ronde van Frankrijk een positieve dopingcontrole opleverde en de eindzege kost.
Gert-Jan Theunisse weet als geen ander welk gevecht Landis te wachten staat. De naam van de oud-wielrenner is onlosmakelijk verbonden aan een verkeerde verhouding testosteron/epitestosteron.

Theunisse bivakkeert momenteel in de Sierra Nevada, waar hij op grote hoogte zijn zwaar geteisterde lichaam met fietsen en wandelen op krachten probeert te houden. Hij is herstellende van flinke fysieke tegenslag, dit keer een op twee plaatsen gebroken knie. ,,Als ik niets doe, zak ik heel diep weg'', zegt hij vanuit Spanje over zijn situatie. Theunisse kampt ook nog met de naweeën van een dwarslaesie en een hernia.
De dopingzaak rond Landis was langs hem heengegaan als hij in de bergen niet door vrienden was gebeld. Theunisse zelf ging eind jaren tachtig en begin jaren negentig door een hel, nadat bij hem eerst in de Ronde van Frankrijk in 1988 en vervolgens twee keer in 1990 een verstoorde ratio testosteron/epitestosteron was aangetroffen. Het was groot nieuws, zoals dat bij Landis nu is.

Jarenlang probeerde het trainingsdier recht te halen. Theunisse nam advocaten en een gerespecteerd wetenschapper in de arm om te bewijzen dat hij geen dope gebruikte en zijn lichaam verantwoordelijk was voor de positieve tests. Niemand luisterde, al helemaal niet bij de internationale wielrenunie.
,,Frustrerend'', zegt hij nu. ,,Er zat zoveel politiek achter.'' De grootste 'schoft' in de ogen van Theunisse is de in 1995 overleden Duitse dopingvorser Manfred Donike, die bepaalde dat de ratio testosteron/epitestosteron bij een wielrenner maximaal 6:1 mocht zijn. In 2005 is die verhouding bijgesteld tot 4:1. ,,Donike had geloof ik honderd studenten getest en vervolgens wat cijfers op papier gezet. Bij rechtszaken kon Donike niet eens aangeven wat epistestosteron precies was. Hij wist er niets van.''

Theunisse bokste destijds op tegen een macht die veel groter was dan de zijne. ,,Wat ik deed kon natuurlijk niet: Ingaan tegen de gevestigde orde. Ik weigerde me neer te leggen bij het feit dat ik werd gestraft voor iets waar mijn lichaam voor verantwoordelijk was. Drie procent van de mensen heeft een afwijkende hormoonhuishouding. Dat is door tal van medici aangetoond. Toen ik werd geschorst, voelde het alsof een arm werd afgerukt. Zonder verdoving. Alles door toedoen van één idioot.''
Honderden pagina's dossier leverde Theunisse in. ,,Mijn hoger beroep werd afgewezen. In die commissie zaten dezelfde mensen die eerder al over mij hadden geoordeeld. Dat kom je in de normale rechtspraak echt niet tegen. Ik kon daarna nergens meer naar toe. De reglementen van de UCI waren zo opgesteld dat ik niet naar de burgerrechter kon en mocht stappen.''
Dat laatste had hij gedaan als het mogelijk was geweest. Theunisse investeerde een vermogen om zijn gelijk te halen, zonder succes. Pas jaren later kwam vast te staan dat hij leed aan een afwijking aan de schildklier. Daar kwam de soms verstoorde verhouding testosteron/epitestosteron vandaan, weet hij nu.

Met Landis voelt Theunisse, ondanks zijn twijfels, enig medeleven. Vooral omdat de Amerikaan straks in zijn jacht op eerherstel op zichzelf is aangewezen. Zijn werkgever Phonak verbrak zaterdag alle banden met de coureur. Theunisse mocht het jaren geleden ook zelf uitzoeken.
,,De UCI is niet meer zo achterlijk als twintig jaar geleden. Als Landis kan aantonen dat zijn eigen lichaam verantwoordelijk is voor de te hoge verhouding, heeft hij een zaak. Er is voor hem ook geen weg terug. Hij is of de grote Tourwinnaar en wordt steenrijk, of hij is alles kwijt. En dan bedoel ik echt álles. Hij zal iets moeten ondernemen. Maar ook al haalt hij zijn gelijk, hij wordt herinnerd als dopingzondaar.''

Dinsdag 8 augustus 2006
Bron: http://www.bndestem.nl/sportalgemeen/article556702.ece