breng me terug!
zo, ik heb gewoon zin om even iets onzinnigs te schrijven, dus ik schrijf maar gewoon wat er in mijn hoofd opkomt. Ik denk niet dat het heel er nuttig of leuk wordt om te lezen, maar ik denk ook niet dat perse het doel van een website hoeft te zijn. Wat dan wel het nut is van deze website, of websites in het algemeen weet ik niet precies. Zou het informatie verlenen zijn? Het zou kunnen, hoewel je van deze website niet heel veel wijzer wordt. Misschien leer je iets, bijvoorbeeld dat nutteloze websites soms ook vermakelijk kunnen zijn, of misschien wel dat je mij heel erg vervelend vind.

Dat kan, dat kan allemaal en dat vind ik ook niet vervelend. Ik vind het zelf wel fijn als mensen iets van mij vinden, of als mensen dingen vinden in het algemeen. Mensen die in het algemeen weinig dingen vinden, zijn meestal niet interessant om mee te praten. Dat is ook logisch, want ze vinden nooit iets. Dat is jammer, want wie iets vind heeft wat. Zo heb ik laatst een treinkaartje naar Usquert gevonden, en dat op het station in Warffum, dat houd je toch niet voor mogelijk. Hoe denk je dat zo'n treinkaartje daar helemaal verzeild komt? En wat moet degene die het kaartje verloren is zich vervelend hebben gevoeld. Het was ook al erg laat, donker en onguur op het station toen ik hem daar vond. Hij lag te slapen op een bankje en werd wakker toen ik mijn fiets pakte. Hij gaapte eens luid, rekte zich uit en vroeg me waar ik naar toe ging. 'naar huis' zei ik. 'Neem je me mee?', vroeg hij waarop nee zei en zei dat ik zou bellen. Dat deed ik ook toen ik bij het station vandaan fietste. Ik belde drie keer luid met mijn fietsbel en daar steeg mijn bagagedrager al op. Samen geruisloos richting maan, het kaartje naar Usquert op zak.


al snel gleed het station in de donkere nacht onder ons vandaan. ik moest me goed vasthouden aan mijn stuur omdat mijn fiets huppelige vreugdesprongen maakte vanwege dit onverwachtte nachtelijke avontuur.
iemand riep mij na, het was de man op het bankje. Ik gooide hem mijn gevonden treinkaartje, en daarmee ook mijn schuldgevoel, toe en moest me snel weer vastgrijpen, we moesten verder, zwervers horen nu eenmaal bij het leven. Toen we door de eerste (wat rokerige) wolken kwamen kreeg mijn fiets last van een hevige astma-aanval en kon hij het verder niet verdragen hoger te vliegen. Ik blies snel de banden vol met helium, bond ze om mijn armen en vloog zo verder. Eigelijk was dat ook nog wel veel comfortabeler, omdat ik niet meer hoefde te trappen. En die brei-je-eigen-sjaal cursus afgelopen maand had goed zijn werk gedaan, zodat ik aan armspieren om te kunnen vliegen geen gebrek had. als een gek vloog ik verder, maar na een uur moest ik echt een tussenstop maken. Het werd lichter en ik zag iets door de wolken beneden me, het leek een toren ofzo, maar het stond wat scheef. Ik landde er toch maar, en kwam een boel chinezen met grote fototoestellen met uitschuiflenzen tegen. Ik vroeg me af waar ik was geland en liet me aan de scheve kant van de toren naar beneden glijden, waarbij ik helaas mijn bril verloor. Beneden, recht voor de toren stond een stalletje waar souvenirs werden verkocht. Ik kon niet meer zien wat het was, en probeerde daarom te voelen wat het dan zou zijn. Maar al snel kwam er een macho uitziende man naar mij toe die me met een raar accent  zei dat kijken kopen was, en toen wist ik dat ik inderdaad niet meer in nederland verbleef. Ik voelde aan de souvenirs, het was warm en zacht, het voelde een beetje als, nee het was, pizza! Nu wist ik dus waar ik was, en van welke scheve toren ik net afgegleden was.
Het vervelende was wel dat ik zonder bril niks kon beginnen, ik was zo blind als mijn wijlen-bril zelf.

Voorzichtig liep ik, me met handen begeleidend langs de muren van de smalle straatjes, in de richting van geroezemoes, dat ik op een afstandje hoorde ontstaan. Toen ik dichterbij kwam hoorde ik een wat duistere mannenstem, en een boel verheven oehh..- en aaahh.-ende vrouwenstemmen. Af en toe klonk een daadwerkelijk kippevel opwekkende krijs, en ik wist niet zo goed of ik er nou wel of niet naar toe durfde gaan. Maar wat had ik te verliezen, het enige van waarde dat ik had, mijn bril, was ik al verloren. Ik kroop langs de muur omhoog en voelde ineens dat ik mezelf optrok aan de rok van een vrouw. Met mijn beste italiaans vroeg ik haar of ze misschien een opticien wist die in de buurt praktijk hield. Ze vroeg 'wat zeg je?'  en ik toen ik me besefte dat dit maar een verhaaltje was, vroeg ik het maar gewoon in het Nederlands.
Maar ze wist het niet, en alle andere personen die ik tegenkwam wisten ook van niets. Ik vroeg wat er eigelijk aan de hand was, waar de vrouwen naar stonden te kijken en waarom er steeds mensen als een dolle aan het krijsen waren. Het bleek een kwakzalver, en dat leek eigelijk nog mijn enige hoop. Ik kroop naar de kwakzalver toe, die werkelijk angstwekkend rook, en vroeg hem of hij mij kon helpen. Hij verstond mij niet, en ik kneep heel snel mijn ogen open en dicht, waarop hij leek te begrijpen dat ik weinig meer zag. gelukkig was het een kwakzalver die zijn vak verstond, hij smeerde een flinke kwak  zalf in mijn ogen en als bij toverslag zag ik ineens weer haarscherp. Ik schudde heftig de hand van de kwakzalver en vroeg wat hij er voor hebben wilde. Hij wilde graag 237 euro, en dat binnen twee dagen overgemaakt op zijn rekening bij de verenigde-kwakzalvers-bank. Jeetje, het was niet alleen een kwakzalver, maar ook nog een uitbuiter. Misschien kon ik hem verleiden met een rondje vliegen met mijn opgeblazen helium-banden.
En zo stegen we een uurtje later met zijn tweeen op voor een rondvlucht boven Pisa, weliswaar een stuk langzamer, want de man had er op gestaan al zijn kwakzalf mee te nemen. We maakten wat prietpraat over het weer, koeien en hun kalveren en keerden na een uurtje weer veilig terug op het plein, dat nu uitgestorven was.

nu, misschien gaat dit verhaal ooit verder, maar voor nu heb ik genoeg onzin gespuid :)