vier weverkens
 
vier weverkens zag men ter botermarkt gaan, en de boter die was er zo diere
zij hadden geen duit haast meer in hunne tas , en ze kochten een pond sa vieren
schiet spoele , sjerre bekke , spoel za
djikke djakke kerre kolletjes , klits klets
en ze kochten een pond sa vieren
 
en als zij dat boterken hadden gekocht , zij hadden er vier platelen,
zij spraken dat vrouwke zo vriendelijk aan , sa vrouwken , en wil het ons delen
schiet spoele , sjerre bekke , spoel za
djikke djakke kerre kolletjes , klits klets
sa vrouwken , en wil het ons delen
 
het vrouwke dat sprak: ja, dat zal ik wel doen, ja zo wel als een vrouwken vol eren
want ik wete wel wat er de weverkens zijn, en de weverkens zijn er geen heren
schiet spoele , sjerre bekke , spoel za
djikke djakke kerre kolletjes , klits klets
 en de weverkens zijn er geen heren
 
wat zouden de weverkens heren zijn, zij en hebben er huizen noch erven
en kriupt er een muiske in hunne schapraai , van honger zo moet het er sterven
schiet spoele , sjerre bekke , spoel za
djikke djakke kerre kolletjes , klits klets
 van honger zo moet het er sterven
 
en als dan dat muiske gestorven zal zijn, waar zullen zij het begraven ?
al onder de weverkens hunner getouw , en het grafke zal rooskens dragen
schiet spoele , sjerre bekke , spoel za
djikke djakke kerre kolletjes , klits klets
en het grafke zal rooskens dragen