Ik geloof niet dat wij alles een keer mee moeten maken. Ik geloof ook niet zoals sommige boeddhisten in een kastestelsel. Ik meen dat de weg voor niemand hetzelfde is. Wij zijn allemaal gelijk, maar toch ook verschillend. Sommigen mensen vragen zich af waarom er dan bijvoorbeeld mieren bestaan. In mijn ogen zijn mieren ook levende wezens (wetenschappelijk bewezen trouwens haha), en zouden sommige ook van dit bestaan kunnen leren. Ookal is het nu misschien moeilijk voor te stellen.
De boeddhistische man met wie ik zoveel omging, vond de dood net zo gewoon als een broodje kaas. Het was in zijn ogen een nieuwe stap vooruit. In de nacht van donderdag 9 mei op vrijdag 10 mei is hij gestorven. Al eerder schreef ik hierover en ik heb besloten dat hierheen te knippen.
Vrijdagmiddag, kwart over twee. Ik kom terug van vakantie. We pakken uit en ik kijk of er nog post voor me is. Jawel, een kaartje van een vriendin die op vakantie was (leuk!) , een afschrift van de bank (minder leuk...) en een brief. De brief zit in een donker bruine envelop en mijn gegevens staan erop geschreven in een sierlijk handschrift, met donkere inkt. Op de achterkant staat geen afzender, maar hier is geen twijfel over mogelijk, hij is van hem.
Ik vrolijk helemaal op en open vol verwachting de brief. Ik lees de woorden maar ze raken me niet. Ik kan de betekenis niet begrijpen. Juist zijn woorden, de woorden die hij heeft geschreven, woorden die hij schrijft met al zijn gevoelens en bedoelingen, kan ik deze keer niet begrijpen. Maar de sfeer en het gevoel erachter begrijp ik maar al te goed: dit is niet juist...
Nogmaals lees ik de brief, en nog een keer... Ik lees de woorden maar ze laten nog steeds geen betekenis achter, maar ik weet waar het op slaat: hij is dood...
Ik wil huilen, maar het gaat niet, het is leeg... Ik kan alleen maar de brief lezen, zonder dat ik er ook maar iets van snap. Ik besluit dat het geen zin heeft en met het gevoel dat ik niets meer kan doen, een gevoel van machteloosheid, ga ik achter de computer zitten. Met het doel na twee weken weer hier te kunnen zijn. Ik meet me een masker aan. Het is een groot vrolijk masker, waardoor wat ik vanbinnen al weet, niet meer heen kan gaan. Bij het reageren op een post gaat het fout, weet ik achteraf... Daarom nogmaals mijn excuus... Op de een of andere manier werd mijn masker een stukje gebroken.
Ik viel in slaap met de brief in mijn handen... nadat ik uren alleen maar in het donker gezeten heb, zonder iets te doen, zonder iets te voelen. Vanmorgen werd ik wakker... wilde de brief niet aanraken. Ik ben eerst wat dingen gaan doen... als op een zaterdag als alle zaterdagen. Maar nu houdt mijn masker het niet langer. Niets duurt eeuwig... zoals hij gezegd zou hebben.
Ik kan weer denken, en ik voel vanbinnen een enorme pijn. Ik pak de brief en begin te lezen. Waarom? denk ik... Waarom nu? Waarom zo? Ik weet dat het zo goed is, en ik weet dat hij dit wilde. Maar de brief kan ik niet bevatten.
Voor mij was hij een vader, een moeder, een broer, een zus, een vriend. Op sommige momenten een onbekende, op sommige momenten een zielsgenoot. Een onbegrijpelijk iemand, een verbazingwekkend iemand, een bijzonder mens. Onaantastbaar, simpel en vol van geluk. Ik heb hem gehaat vanwege de gevoelens die er bij hem niet uitkwamen. Wanneer ik een teleurstelling veroorzaakte, geen medeleven. Wanneer ik een overwinning onderging, geen vreugde. Maar hij was het, die voor mij zoveel betekende.
Een leeftijdsverschil van bijna zeventig jaar... en toch zo samen... Ik keek tegen hem op... Hoopte wanneer ik zo oud was, net zo wijs te mogen zijn. Ookal is hij geen familie, en kent hij mijn familie niet of enkel van naam, hij was mijn alles... En dan zo'n brief... Ik snap het niet... Nooit troost, noch compliment, noch uitval van boosheid. En dan nu, ironisch genoeg in zijn afscheidsbrief, begint hij complimenten te maken. Ik kan er niet tegen, in een afscheidsbrief. Had hij maar... had hij maar.... Ik weet het niet... ik begrijp het niet en wil het niet begrijpen. Ik heb geen overzicht meer. Normaal weet ik dingen redelijk te analyseren, maar het wil niet.
De reden dat ik dit schrijf is dat ik op zoek ben naar een boekje. Het was een boekje van hem dat ik vreselijk mooi vond. Nooit heb ik woorden gezien met zo'n simpelheid maar toch zo'n diepe betekenis als in dat boekje. Hij wist dat ik er van hield. Ik weet geen titel, geen auteur. Ik heb enkel de woorden uit zijn brief. En ik hoop helemaal dat er iemand is die stukjes herkent en het boekje in de kast heeft staan. Ik MOET en ZAL dit boekje krijgen, al wordt het een zoektocht...
De tekst: (spelfouten heb ik er al uitgehaald... hoe ijverig)
Wanneer ik de komende dagen vervelend reageer... maak mij me er dan van bewust. Ik ben mezelf even niet en het is oneerlijk dat af te reageren op anderen. Ik kan zijn brief nog niet goed accepteren, omdat ik vind dat hij er teveel een droom van maakt. Zo van: het is niet erg... het is goed zo etc... Maar hij lijkt het te vergeten dat er hier ook een mens zit van 15 jaar oud, die veel van hem hield. En dan gaat hij uitgerekend nu complimenten maken... vier jaar niets en dan dit... Ik vind het de verkeerde tijd en de verkeerde manier. Hijzelf gaat naar zijn idealistische dood... en hij laat mij achter met een klotebrief en een klotegevoel. Omdat ik op vakantie was, vond ik de brief pas vrijdag... terwijl hij in de nacht van donderdag op vrijdag gestorven is... Ik kon niets doen. En nu ben ik leeg... en zie wel hoe het verder gaat...
Misschien dat ik het ooit nog zal begrijpen, zoals met zoveel dingen van hem... Zucht... boeddistische oude mannen....
Lees hier verder.