 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
|
|
8 september 2006 |
|
 |
|
|
|
Biggen scoren (door Philip Hul)
Vrijdag 6 september, alweer de laatste dag van deze wielerweek. En dat is ook te merken aan mijn benen. Vandaag kies ik voor het scoren van biggen, terwijl Hans en Martin kiezen voor een paar beroemdheden in de nabije omgeving: de Izoard en de Agnel. Maar beide bijzonder mooie klimmen heb ik vorig jaar al gedaan 2 dagen vóór het rijden van de Coppi. Ik kan dus wat gaatjes vullen in het BIG lijstje: de Pré Madame Carle, de Sommet Bûcher en Chapelle de Clausis. Ik neem de hele dag de MTB, wat overigens ook gewoonweg moet voor de laatste 2. Het wordt dus 3 keer met de auto naar het beginpunt van de klim en dan op en dan af.
Om het scenario enigszins goed en vooral op tijd te voltooien kies ik er met pa voor om toch al een stuk het dal in te rijden. We stoppen ergens in Pelvoux, zo’n 11 km voor de top. Al het zware klimwerk moet dan nog komen; vooral de laatste 6 km, i.c. na Ailefroide, zijn relatief moeilijk met 9-10%. De klim is niet bijzonder op dit laatste stuk na en het fantastische uitzicht boven op het plateau waar aan het einde de Pré ligt. Het plateau is omgeven door zeer imponerende bergwanden, de Barre des Ecrins voorop. Dit plaatje maakt deze klim al meer dan de moeite waard. |
|
|
|
 |
|
|
|
|
|
 |
|
|
|
Dag 5A: * Pré Mdm. Carle BIG 293 * Sommet Bûcher BIG 295 * Chapelle de clausis BIG 296 * 68 kilometer * 2200 hoogtemeters |
|
|
|
|
|
 |
|
|
 |
|
Om toch alweer 11u00 vertrekken we naar het plaatsje Château Queyras. Vorig jaar ben ik hier doorheen gereden, ná afdaling van de Izoard en vóór de beklimming van de Agnel, en toen zag ik al de afslag naar de Sommet Bûcher. Ik ga hier niet veel woorden aan vuil maken. Een rot klim, alleen te doen met de MTB en het uitzicht boven is gewoonweg niet bijzonder. Maar ik schreef al; na een paar dagen met mooie klimmen raak je verwend. Maar om eerlijk te zijn: ik vond het helemaal niets! Beneden bij pa gekomen zit er dus weer een BIG bij, de 11e van deze week plus nog eens 23 km.
Intermezzo: soms heb je geluk in Frankrijk, maar gemiddeld genomen is het risico toch (te) groot dat je lomp wordt bediend of zelfs helemaal niet. Dat laatste is weer eens het geval, want we wagen het in Ville-Vieille om 13u45 te vragen of we nog iets kunnen eten. Mais non, c’est trop tard! De kok, de koning, heeft er geen zin meer in, ofschoon zijn aftandse zaak best nog wat inkomsten zou kunnen gebruiken. Het is dat er zo’n mooie bergen liggen … |
|
|
|
|
 |
|
|
|
 |
|
|
|
Laatste klim. Het wordt zwart in de lucht en de eerste regen van de week meldt zich. Aan de kruising bij Molines-en-Queyras zit ik met pa 15 minuten in de auto en besluit daarna wijselijk om toch maar te gaan voor weer 23 km heen en terug. Ik wil mijn 12e klim van de week maken en dat is maar goed ook. Ook voor deze klim moet je persé de MTB hebben voor het stuk na het beeldschone Saint-Véran. De laatste 5-6 km zijn prachtig, vooral vanaf het moment, dat je de kleine kapel bovenop een alm ziet liggen. Ondanks de gewenning geeft deze klim weer een supergevoel; ik vind het één van de mooiere klimmen van de week. Bovenop gekomen ben ik MOE. Moe in de benen, maar toch ook weer van de 2 laatste hotseklotse klimmen. Klimmen op keien is toch echt een vak apart en ik moet het nog leren. En dan nog lekker naar beneden, met nog heel wat foto’s. Om 16u30 ben ik terug bij pa, de finish van een superweek.
|
|
|
|
|
|
 |
|
|
|
 |
|