duikvlag

Duik ervaringen van Ruud & Odette

Belize, Placencia & Caye Caulker

Stoplight Parrotfish
Belize
September 1999
Zoals een t-shirt in een plaatselijke souvenirshop al aangaf "where the hell is Belize? Who the hell cares", hebben veel mensen geen idee waar Belize ligt en wat je daar kunt doen. En zo zou het moeten blijven, want als teveel mensen die vraag zouden kunnen beantwoorden, kan er een Caribisch juweeltje verloren gaan. You betta Belize it. En een juweeltje is het, dit Midden-Amerikaanse land, wat recentelijk haar 18e verjaardag vierde op Onafhankelijkheidsdag (ooit was het een kolonie bekend als Brits Honduras). Dus als je belooft een geheim te kunnen bewaren, dan zullen we je er iets over vertellen.
We kwamen aan tijdens het regenseizoen, hoewel ze dat lokaal het orkaanseizoen noemen (en we herinneren ons ongetwijfeld "Mitch" nog). Maar zelfs zonder de randverschijnselen van een orkaan die voorbij raast, het is een nat, nat, nat seizoen! Gelukkig viel de meeste regen tijdens de nachtelijke uren in soms heftige onweersbuien.
Op Belize City International airport (nabij Ladyville) besloten we niet in de stad te blijven hangen, maar direct een lokale bus te nemen naar Placencia in het zuiden. Een soort excursie zonder al te veel andere toeristen. De rit bracht ons eerst naar Dangriga, halverwege Belize City en Placencia, waar we de nacht doorbrachten in Pal’s Guest House. Dangriga is geen bijzonder interessant plaatsje, dus de volgende ochtend namen we opnieuw de bus richting Placencia, een dorp op het schiereiland. Wederom een grandioze rit over de ongeplaveide Manatee Highway (de route langs de kust) in een oude Amerikaanse bus, die met zo’n 70-80 km/uur door kuilen en nauwe bochten reed. Lachen. Nog steeds een beetje door elkaar gehusseld stapten we uit op het eindpunt in Placencia. In J-Byrds, een hutje dat dienst doet als kroegje bij de pier, lesten we onze dorst en informeerden we waar we het best zouden kunnen overnachten. Men adviseerde ons Harry’s Cozy Cabanas op het zuidelijke strand te proberen. Dat hebben we gedaan en het werd ons tijdelijke thuis. De prijs was prima (U$ 35 per nacht in het laagseizoen voor een tweepersoons cabana met eigen douche en toilet, maar Harry is bereid tot onderhandelen als je van plan bent langer dan een week te blijven) en de lokatie eveneens. Een vriendelijke oudere man genaamd Shaky werd geroepen om onze bagage, tegen een kleine vergoeding (hetgeen betekende dat Shaky een paar onverwachte extra biertjes kon bestellen) in zijn kruiwagen door het rulle zand naar Harry’s te duwen.

Harry's Cozy Cabanas
De volgende "activiteit" was het vinden van een duikcentrum, want we waren van plan behoorlijk te gaan duiken. Iemand noemde Seahorse Dive Shop van Brian Young.(www.belizescuba.com) De locatie is uitstekend: ze hebben een wit-blauw houten gebouwtje op de pier naast J-Byrds. Seahorse heeft een tweetal boten, genoeg huurmateriaal (zou je dat nodig hebben) en een enthousiaste staf. Omdat het merendeel van de duikstekken op het rif zijn (en dat is een uurtje varen) worden er twee duiken gemaakt die de hele dag in beslag nemen. Je vertrekt rond een uurtje of negen, je maakt een duik, vervolgens ga je naar een eilandje ("caye") waar een overheerlijke barbecue lunch wordt bereid tijdens de oppervlakte interval, die daardoor al gauw 1½ tot 2 uur duurt. Daarna maak je nog een duik en dan wederom een plezierige boottocht. Het betere leven.
Het duiken op de diverse stekken rond Placencia is absoluut de moeite waard. De riffen hebben niet te lijden gehad van Mitch, van stijgende temperaturen of van El Nino en zien er dus heel gezond uit en zijn vol van een variëteit aan leven (zowel vis, koralen, sponzen en andere rifbewoners). En het duiken is evenmin saai: drop offs, canyons, koraaltuinen, noem maar op. Het zicht is goed, de watertemperatuur is met 30graden celsius lekker warm en de stroming, zo die er al is, is te verwaarlozen of geheel niet aanwezig. Perfecte condities dus voor ieder niveau duiker.
We begonnen met duiken op Silk Cayes, waar we op onze eerste duik (North wall) werden verrast door een tweetal enorme gevlekte roggen, die elegant op een ontspannen en rustige manier voorbij zweefden. Wat een schoonheid, wat een gratie. Maar dat is niet alles, want we zagen een channel flounder (soort scholletje), scrawled filefish, smooth trunkfish en een spotted trunkfish (koffervisje), zwarte groupers (zeebaars), yellowline arrowcrabs. Tijdens onze tweede duik (White Hole, aan de buitenzijde van het rif) kwam een barracuda nieuwsgierig kijken, zagen er een dikke groene murene en verschillende gevlekte murenes, werden we verrast door de schoonheid van een moonjelly (kwal), een caribbean spiny lobster, hogfish, een baby spotted drum, twee southern stingrays (pijlstaartroggen), waarvan er eentje onder het zand lag, en, lest best, een whitestriped toadfish, een soort paddevis die endemisch is (en dus alleen in Belize voorkomt). Omdat deze stekken zo prachtig waren, zijn we er nog eens naar teruggekeerd en opnieuw werden we niet teleurgesteld. Remoras, black durgons, wederom een stel gevlekte pijlstaartroggen, enorme scholen van snappers (dog, gray en cubera), ceros, sharpnose pufferfish en bermuda chubs.
Remora (Sharksucker) Banded Coralshrimp
We zijn ook naar Pompion Cayes (Pompion Wall en Pompion Canyons) geweest, waar het visleven net zo uitbundig was. We zagen een school atlantic spadefish, queen angelfish, christmas tree worms zijn een veel voorkomend verschijnsel, net als neon gobies, yellowtail en bicolor damselfish (juffervisje) en squirrelfish. Hou je ogen open voor de vele banded coral shrimps en pederson cleaner shrimps en sandtile fish die zich in het zand verstoppen.
Op de terugweg van Pompion hadden we een akkefietje. De motor sputterde en viel toen stil. En ik bedoel stil! Het verdraaide ding stopte er gewoon helemaal mee. Finito. Op 25 mijl uit de kust, zonder radio en de mobiele telefoon…. bij de diveshop. Vergeten mee te nemen. Het enige wat we konden doen was hopen dat iemand, die onderweg was naar Placencia, ons zou passeren of dat, na een aantal uur, iemand van Seahorse erachter zou komen dat we er nog steeds niet waren. Grandioos vooruitzicht, om drie uur ‘s middags, met een zinderende zon en geen schaduw en in de wetenschap dat het weer hier in een oogwenk kan omslaan. Maar gelukkig hadden we nog wat restjes van de lunch en Louis en Chis, onze divemasters begonnen boterhammen pindakaas te smeren onder het mom "we zullen tenminste niet van honger sterven". Stelletje optimisten. Zo tegen vier uur, half vijf kwam er een visser die op Pompion Caye woont, met zijn zieke baby langs, onderweg naar de dokter in Placencia.. Hij kon ons niet ter plekke helpen, maar beloofde dat hij met zijn mobiele telefoon contact zou opnemen met Seahorse, opdat die weer mensen kon mobiliseren die ons houden komen ophalen. Natuurlijk vonden we het erg naar dat zijn kindje ziek was, maar voor ons betekende het een zekere redding van de elementen. Een uurtje later kwam er inderdaad een andere boot die ons op sleeptouw nam, terug naar de veilige haven.
De volgende duiken vonden plaats op Laughing Bird Caye, dat tevens een nationaal park is. De Laughing Bird, een vogel die echt klinkt alsof hij lacht en waarnaar dit eiland vernoemd is, bevindt zich echter meestal op een van de omringende eilanden. Maar in plaats daarvan tref je heel veel heremietkreeften in diverse formaten aan die over het zand kruipen. Het lijkt net of het strand be-weegt. Ook hier (north side, south wall, east side en Long Coco) is het duiken uitstekend en de riffen zijn een koraal- en sponsliefhebbers paradijs. Maar niet alleen daarom, want de duikstekken barsten van de golden chrinoids, blue bell tunicates, oesters en andere schaaldieren.
Queen Triggerfish Spotted Trunkfish
French Angelfish Atlantic Spadefish
We zouden hier tot in lengte van dagen hebben kunnen duiken, maar het werd tijd om verder te trekken, want we wilden natuurlijk nog meer van Belize, althans van de kust, zien. Met een vlucht van de lokale luchtvaartmaatschappij Maya Airways (ze vliegen dagelijks zo’n zes keer per dag) naar Belize City Municipal en van daaruit naar Caye Caulker. Het is een spannende trip in de kleine tweemotorige vliegtuigjes, die klinken als een opgevoerde brommer en waarin slechts plaats is voor acht passagiers. Achter de laatste bank bevindt zich een soort zeil, waarachter de bagage wordt opgeslagen. En de startbanen zijn ook erg spannend, als je er niet aan gewend bent: het is niet meer dan een zandpad (als het tenminste droog is, anders zijn het modderpaden met plassen). We hadden genoeg verhalen gehoord over Ambergris Caye en San Pedro om te besluiten er niet naar toe te gaan. Het zou minder ontspannen zijn, drukker, zowel in de plaats zelf als op de boten met duikers en duiken met 20-40 duikers op een boot is niet ons idee van een pretje. Als ik een andere duiker wil zien, dan kijk ik wel naar mijn buddy, da’s genoeg. En met teveel duikers op één stek, waar gaan de visjes dan naar toe? Precies!
En weet je wat? "Ze" hadden gelijk. Caye Caulker is een heerlijke plek. Er zijn weliswaar meer toeristen dan in Placencia in deze tijd van het jaar, maar je kan er nog steeds ongehinderd rondlopen en met de lokale bevolking in contact komen. We namen een kamer in het Trends Beachfront Hotel, een snoezig hotelletje op het strand en vlakbij de pier, waar meer dan voldoende watertaxi’s zorgen voor vervoer naar Belize City of Ambergris Caye. Hoewel de meeste rugzaktoeristen dit hotel zouden mijden (50 Belize dollars = U$ 25, plus belasting, voor een tweepersoonskamer met eigen badkamer is in hun ogen vaak te duur), waren wij uiterst gecharmeerd van dit groen met roze gebouwtje, dat in maart van dit jaar zijn deuren opende.

Trends Beachfront Hotel
Brian van Seahorse had ons aangeraden met Frenchie's Diving Service te gaan duiken (www.belizenet.com/frenchies.html). En opnieuw werden we niet teleurgesteld. Frenchie Novelo en zijn vrouw Gertraud runnen een goed geoliede organisatie in een rood houten gebouw op een pier bij The Split (hier heeft orkaan Hattie het eiland in tweeën gedeeld). Ze hebben meer dan genoeg boten en meer dan genoeg huurapparatuur van goede kwaliteit. En buiten dat, het is een vreselijk aardig koppel, die zich hebben omringd met een enthousiaste, vriendelijke staf, die van wanten weet en die er alles aan zullen doen om het je naar de zin te maken. Bedankt jongens!
Onze eerste duikdag zou een pittige worden op het Lighthouse Reef (omdat het ruim twee uur varen is, heeft Frenchie op deze lokatie een drietal duiken gepland staan om de trip extra de moeite waard te maken), waar we zouden beginnen met een duik in de Blue Hole. Bingo, jackpot, meteen al op onze eerste duik hier. We waren natuurlijk erg enthousiast, maar halverwege zouden we met liefde zijn omgekeerd: de regen viel met bakken tegelijkertijd uit de lucht, onze wetsuits boden geen bescherming meer, we waren onze regenjacks vergeten en we rilden van de kou. Maar een echte duiker geeft niet op en dus deden wij dat ook niet. En we zouden snel genoeg weer op temperatuur zijn want het water was zo’n 30 graden celsius. De Blue Hole heeft nauwelijks een vispopulatie, afgezien van een enkele rifhaai en wat groupers. Natuurlijk is er meer dan genoeg vis op het rif eromheen, maar erin… Toch is het een interessante duik, in dit natuurfenomeen, waarvan de "muren" geen zichtbare levensvormen dragen, maar die overgaan in een soort nissen met gigantische stalactieten op een diepte van zo’n 42 meter. Stalactieten zo groot dat je met tenminste één andere duiker je armen erom heen moet slaan als je ze wil omvatten. Als je een duiklamp hebt, neem hem dan mee. Het zal je ervaring verrijken, want dan kun je pas echt zien hoe groot die stalactieten zijn. Door de diepte is de duik een korte. Na zo’n acht minuten zetten we de opstijging weer in. En dat vonden we helemaal niet erg, want op deze diepte bleek het water "slechts" zo’n 27 graden te zijn. Alsof je door ijsblokjes zwemt. Zouden we deze duik nog eens doen? Nee, dat niet. Het is natuurlijk een "must" omdat je niet naar huis kunt en je vrienden moet vertellen dat je er weliswaar in de buurt bent geweest, maar niet hebt gedoken in de Blue Hole, maar de duiken die daarna volgden - Half Moon Caye en Long Caye - zijn beslist interessanter. We zullen je verder niet vervelen met de namen van alle soorten vis, koraal, spons en andere rifbewoners die we zijn tegengekomen. Sla de boeken van Paul Humann erop na en alle daarin vermelde levensvormen kom je tegen in de wateren van Belize, soms zelfs op iedere duik. En dan overdrijven we niet.
Yellow Tubesponge Hermit Crab
We hebben ook gedoken in het Hol Chan Marine Park (Big Aquarium en Pillar Coral Garden), tussen Caye Caulker en Ambergris Caye. Hier kun je pas het zien wat een verwoesting een orkaan, of het staartje ervan, kan aanrichten aan een koraalrif. Hoewel het allemaal oud koraal zou moeten zijn wat er is opgeworpen en losgewrikt door de orkaan, is er ook beangstigend weinig levend koraal over, en nog minder sponzen, maar het visleven is riant vertegenwoordigd. Wat een deprimerende, grijze en dode duikstek, afgezien van de vis dan, het is net een kerkhof. En hoewel we weten dat de natuur wel eens zelfvernietigende trekjes heeft en niemand iets te verwijten valt, is het een aanblik die we liever niet nog eens zien. Gelukkig dat deze stekken de enige waren die er zo uitzagen. De rest van Belize, althans dat wat wij ervan gezien hebben, is in prima conditie.
Een paar van de andere duikstekken die we aandeden waren; St. Georges Caye met The Column en St. Georges Wall. Prachtig en met uitstekend zicht, en op Turneffe Atol (ook een dag met drie duiken en lunch aan boord) doken we op wat minder bekende lokaties als Black Hole, Playa Tranquilla en Rendez Vous Point. Beslist de moeite waard.
Porkfish Moonjelly
En wat te denken van onze nachtduik op Coral Garden, een rif vlak voor Caye Caulker? Wat kunnen we daarvan zeggen, zonder dat je direct de behoefte voelt om het water in te springen en het verhaal niet verder af te lezen? Grandioos, schitterend, interessant, spannend…. Ondanks het slechte weer voeren we toch uit. De enorme onweersstorm, met regen, donder en bliksem, die ons boven het hoofd hing, kon ons niet weerhouden. Zolang je onder water bent, is er niets aan de hand en het is een bijzondere ervaring om de bliksem van beneden af te zien. Het was een ondiepe duik, maximale diepte 5,4m., maar daardoor konden we ruim anderhalf uur duiken tussen de riant aanwezige koralen met hun vele geheimen. Het stikte van de kreeft, van de slapende papegaaivissen, we zagen een ballonvis die - gestoord en daardoor angstig - zich helemaal opblies, en twee enorme Caribbean Reef octopussen in actie. Een stareye hermit crab met een kleine porcelaine crab als "kamergenoot", verschillende conches (het krioelt ervan), een kleine spotted moray op jacht en natuurlijk de bioluminiscentie aan het eind van de duik, toen de lampen werden gedoofd en we in het schijnsel van de bijna volle maan zaten. De bioluminiscentie is betoverend en ik voelde me een tovenaar. Ik hoefde alleen maar een lichte beweging met mijn handen te maken om een ware wolk van kleine groene lichtpuntjes te veroorzaken. En wat te denken van een prettig gestoorde divemaster, Alex, die met zijn vinnen onder zijn arm het merendeel van de duik liep, terwijl hij her en der schade aan het rif repareerde en herstelde, alsof hij een soort hovenier was.
We hebben in totaal drie weken in Belize doorgebracht, en da’s eigenlijk veel te kort om alles te zien, zeker als je ook nog het binnenland in wil. Zouden wij er opnieuw naar toe gaan? You betta Belize it, dat zouden we zeker doen (en dat zullen we ook zeker doen). Zouden we het anderen aanraden? Nee, beslist niet, nooit, no way! Dit is ons geheimpje, om ervoor te zorgen dat Belize het juweel blijft dat ze nu is. Dus, mondje dicht en aan niemand anders vertellen.

Meer info kun je opvragen bij:

Harry's Cozy Cabanas (Harry Eiley & Kay Westby)
tel. +501-6-23155 of tel. +501-6-23234
Seahorse Dive Shop (Brian Young)
email: seahorse@btl.net of tel./fax: +501-6-23166
Trends Beachfront Hotel (Wayne A. Miller)
email: trendsbze@btl.net of tel.: +501-22-2094 of fax: +501-22-2097
Frenchie's Diving Services (Frenchie & Gertraud Novelo)
email: frenchies@btl.net of tel.: +501-22-2234 of fax: +501-22-2074

Alle foto's op deze pagina zijn gemaakt door Ruud Koster met een Nikonos V camera, 35mm standaardobjectief, Sunpak 3200 flitser, Ikelite 5002 vieuwfinder en Fuji 200, 400 of 800 ASA film.

volgende duikstek Costa Rica, Tamarindo Terug naar de homepage

E-mailVragen, tips, reacties, e-mail, etc.