1. Pijl en boog
Een moordenaar moet voor de rechter komen. De rechter kijkt de man streng aan en vraagt: 'Waarom heeft u het slachtoffer met pijl en boog gedood?' 'Ik wilde de buren niet wakker maken Edelachtbare.' 2. Werken De directeur van een gevangenis heeft een gesprek met een zojuist ingesloten gevangene. Hij legt hem de regels uit en zegt tot besluit: 'U kunt hier meedoen aan een aantal werkzaamheden, de meesten werken hier. 'Wat zoudt u willen doen?' 'Nou meneer, als het u het zelfde blijft, ik heb altijd zeeman willen worden!' 3. Geen pijn Belg, Nederlander & Duitscher gepakt in Singapore marihuana-smokkel. Veroordeeld tot 100 stokslagen. Mogen allen wensch doen. Duitscher wil stapel kranten op rug. Stokslagen doen geen pijn. Nederlander wil kussen op zijn rug. Stokslagen doen geen pijn. Belg wil Duitscher op zijn rug. Stokslagen doen geen pijn. 4. Goed nieuws "Ik heb zowel goed nieuws als slecht nieuws," zei de advocaat die een echtscheidingszaak behandelde. "Ik kan best wat goed nieuws gebruiken," verzuchtte zijn cliënt. "Wat is het?'' "Uw vrouw heeft haar eis dat uw toekomstige erfenis onder de boedelscheiding valt ingetrokken." "En het slechte nieuws?" "Na de scheiding trouwt ze met uw vader." 5. Jurylid Een adjunct-directeur in Amerika werd opgeroepen als jurylid in een rechtszaak die een hele tijd dreigde te gaan duren. Hij verzocht de rechter hem vrij te stellen. "We hebben het erg druk op de zaak," betoogde hij. "Ik kan me niet veroorloven lang weg te blijven." "Ik begrijp het al," zei de rechter. "U bent zo'n zelfingenomen zakenman die ervan overtuigd is dat het bedrijf zonder hem naar de knoppen gaat. Klopt dat?" "Nee, edelachtbare, ik weet best dat ze het zonder me kunnen stellen. Ik wil alleen niet dat ze daar achter komen." 6. Bankoverval Er wordt een bank overvallen. Zegt de overvaller tegen de aanwezige persoon: "Openmaken die kluis.." "Maar meneer..." "Niks te maren, open die kluis..." Kluis gaat open. Staat er een bord pap in. De overvaller slurpt het bord leeg en zegt: "Volgende kluis open." De volgende kluis gaat open. Weer een bord pap. Hij slurpt hem weer leeg en zegt: "Volgende kluis open." Zegt de beheerder radeloos: "Maar meneer, luister toch even. U bent de verkeerde bank aan het overvallen. U bent hier bij de Sperma-bank!!" 7. De rechtbank Zegt de rechter: "Mevrouw, de man die daar in de beklaagdenbank zit, is dat de man die u heeft verkracht?" "Inderdaad edelachtbare," zegt de vrouw. Zegt de rechter: "En mevrouw, kunt u mij zeggen wanneer hij u verkracht heeft?" "Ja hoor," zegt de vrouw: "juni, juli en de eerste helft van augustus." 8. Don Petro We schrijven het jaar 1920, in het Chicago van de maffia. Don Petro, de grootste maffiabaas roept zijn oudste zoon Luigi bij zich. "Luigi," zegt Don Pedro, "jij bent nu 18 jaar geworden. Nu isse traditie in de familie dat jij de pistolen krijgt." "Maar papa," zegt Luigi, "ik wil helemaal geen pistolen." "Isse traditie!" valt zijn vader uit: "Ikke krege die pistolen van mijn vader, hij van zijn vader enzovoort." "Maar ik wil geen pistolen," zegt Luigi weer, "ik heb liever een horloge." "Wat? Nou moete jij eens goed luisteren," zegt Don Pedro: "Ik ga jou wat vertelle. Jij hebbe nu verkerining met Maria. Over een tijdje ga jij met haar trouwen. Op een dag kom jij thuis. Maria is niet in de woonkamer, Maria is niet in de gang, niet op de trap. Zij ligt in de slaapkamer, in bed met jouw beste vriend Mario. Wat ga jij dan zeggen: Je tijd is om?" 9. Advocaat Komt er een kerel bij een advocaat. Zegt-ie: "Advocaat, kijkt u eens even naar de stukken. Procederen we ja of nee?" "Natuurlijk," zegt de advocaat: "Altijd procederen, dat win je altijd." Zegt-ie: "Nou, dan heb ik u niet nodig, want het zijn de stukken van de tegenpartij." 10. Wat was de afstand? Een vent moet bij de rechtbank getuigen over een verkeersongeluk. Zegt de president: "Hoe ver stond je er vandaan?" Zegt-ie: "Een meter, 45 centimeter en 2 millimeter." Zegt die president: "Zo, heb je het opgemeten?" Zegt-ie: "Ja." Vraagt de president: "Waarom heb je dat opgemeten?" Hij zegt: "Nou, ik dacht bij mezelf, ik zal wel moeten getuigen. Zal er wel een of andere klootzak vragen hoe ver ik er vanaf stond." |