De goden warn enorm belangrijk voor de Oude Egyptenaren. Dankzij de goden overstroomde de Nijl ieder jaar, zodat ze ieder jaar konden zaaien. Als dit niet gebeurde, heerste er hongersnood in het land. Om de goden gunstig te stemmen, werden er tempels gebouwd. Egypte staat nog vol van deze tempels. Maar niet alleen de goden waren belangrijk, ook de farao die de tempel gebouwd bekwam hiermee de gunst van de Godheid ... Daarom dar zovele farao's tempels oprichtten of aan reeds bestaande tempels kleinere tempeltjes lieten bijbouwen. Een goed voorbeeld van dat laatste is de tempel van Karnak. Bijna elke farao heeft er zo zijn eigen tempeltje laten bouwen. |