donderdag 20 juli 2006 - 20:30 uur
Carillonconcert
Maastricht - St.-Servaasbasiliek
door
Gideon Bodden
stadsbeiaardier van Amsterdam, Oudewater en Hilvarenbeek
PROGRAMMA
1. |
Wolfgang Amadeus Mozart |
uit: Concert voor Piano en Orkest nr.
21 KV 467 |
|
1756 - 1791 |
·Andante |
|
|
|
2. |
Wolfgang Amadeus Mozart |
uit: Die Zauberflöte KV 620 |
|
|
·Chor der Sklaven 'Das Klinget so
herrlich' |
|
|
·'Ach ich fühl's' (Pamina) |
|
|
·'In diesen heil'gen Hallen' (Sarastro) |
|
|
·'Dies Bildnis is bezaubernd schön
(Tamino) |
|
|
·'Der Hölle Rache..' (Königin
der Nacht) |
|
|
|
3. |
Wolfgang Amadeus Mozart |
uit: Symfonie nr. 41 'Jupiter'
KV 551 |
|
|
·Andante cantabile |
|
|
·Menuetto & Trio |
|
|
|
4. |
David Harold Cox |
Exodus |
|
*1945 |
[voor beiaard, 1999] |
|
|
|
5. |
Carl Orff |
uit: Carmina Burana [voor koor en
orkest, 1937] |
|
1895 - 1982 |
·O Fortuna |
|
|
·Fortune Plango Vulnera |
|
|
·Veris Leta Facies |
|
|
·Omnia sol Temperat |
|
|
·Ecce Gratum |
|
|
·Chramer, gip die varwe mir |
|
|
·Reie |
|
|
·Chume, Chum Geselle min |
|
|
·Uf dem Anger |
beiaardbewerkingen:
nrs. 1, 2 en 3: Bernard Winsemius
nr 5: Gideon Bodden
Toelichting
De muziek van jubilaris Wolfgang Amadeus Mozart behoeft
geen toelichting. Voor vanavond is gekozen voor een selectie van
de beste werken die Mozart maakte en die om die reden ook terecht
tamelijke bekendheid genieten. In het langzame deel uit het 21ste
pianoconcert wordt een haast expressionistische lyriek ondersteund
door de meest dramatisch denkbare harmonieën. Als de klokken
daarvan niet smelten...!
De aria's uit Die Zauberflöte zijn dermate geraffineerd gecomponeerd
dat zij ook bij ontstentenis van de tekst en na reductie voor
beiaard-solo verstaanbaar en ongemankeerd blijven klinken.
Meester-arrangeur Bernard Winsemius slaagde erin de symfonische
opzet van de twee delen uit de Jupiter-symfonie op open wijze
om te werken naar de verschillende klank-lagen van carillonklokken.
De uitvoerder wordt uitgedaagd tot het verrichten van halsbrekende
toeren, maar slaagt pas echt wanneer deze muziek toch eenvoudig
en licht blijft klinken.
Exodus van de Ierse componist David Harold Cox werd bekroond in
de Millenium compositiewedstrijd, uitgeschreven door de Nederlandse
Klokkenspel-Vereniging in 2000. Bij het beluisteren van Exodus
dringt een vergelijking met Franz Liszt zich op. Evenals Liszt
dringt Cox de allerheftigste emoties in klank aan de luisteraar
op. Verschillend van Liszt is dat Cox natuurlijk de hele 20ste
eeuw achter zich heeft liggen, en een wezenlijk uitgebreider pakket
aan toonkleuringsmiddelen ter beschikking heeft, waar Liszt nog
aan het worstelen was met de antieke wetten van de harmolieleer.
Het feit dat Cox de kunst verstaat de meest bizarre en schijnbaar
dissonante toon-opeenvolgingen een melodische kracht te verlenen
(sinds Schönberg is bewezen dat zoiets kan bestaan), bewijst
al dat hij een groot componist is. Dat hij in staat is zeer ongebruikelijke
eigenaardigheden van een beiaard aan te wenden om een reusachtige
muzikale klaagzang tot stand te brengen, die de beiaard haast
lijkt te doen ontploffen, bevestigt dat alleszins. Exodus valt
onder het genre programmamuziek: er ligt een concreet prozaïsch
verhaal aan de noten ten grondslag. Dat is het bijbelse verhaal
van de tien plagen van Egypte, waarbij ieder segment in het stuk
een nieuwe plaag verklankt. De atonale klankkleur van het stuk
wordt op gezette momenten onderbroken door een rafelig, gemankeerd
fragment uit een oratorium van Händel.