dinsdag 18 juli 2006 - 20:00 uur

Carillonconcert Zwolle - Peperbus

door
Gideon Bodden & Roy Kroezen
stadsbeiaardiers van Amsterdam / Zwolle

PROGRAMMA




 1.  Maurice Ravel  Suite "Ma Mère l'Oye" [1908]
   1875 - 1937  ·I. - Pavane de la Belle au bois dormant
     ·II. - Petit Poucet
     ·IV. - les Entretiens de la Belle et de la Bete
     ·III. - Laideronnette, Impératrice des Pagodes
     
 2.  Darius Milhaud  la Création du Monde, Op. 81a [selectie]
   1892 - 1974  [±1923]
     
 3.  Olivier Messiaen  uit: Vingt regards sur l'Enfant Jésus [1944]
   1908 - 1992  ·le Baiser de l'Enfant Jésus [deel XV]
     
 4.  Maurice Ravel  uit: Le Tombeau de Couperin [1917]
     ·III. - Forlane
     ·V. - Menuet
     ·IV. - Rigaudon
     
 5.  Jehan Alain  Litanies
   1911 - 1940  [Opus 79, 1937]




beiaardbewerkingen:
nrs. 1, 3 en 4: Gideon Bodden
nr. 2: Jacques Maassen
nr. 5: Peter Langberg

 < terug naar concert-overzicht 2006 NL

 < back to recital survey 2006 english

Toelichting
Vanavond klinkt vanaf de toren muziek die behoort tot het oeuvre van de Franse Impressionisten, danwel eruit voortgekomen is.
De term 'impressionisme' dook in de jaren 1870 op onder kunstkenners als typering van Monet's schilderkunst. Hoe logisch wij het tegenwoordig ook vinden dat men al associërend de componeerstijl van Claude Debussy al snel "muzikaal impressionisme" ging noemen, het predikaat was oorspronkelijk juist níet vleiend bedoeld. De jonge Debussy dong namelijk in 1887 met zijn Printemps mee naar de Prijs van Rome. Daar sprak de Academie van Schone Kunsten over "een gebrek aan structuur-precisie" die het gevolg was van Debussy's "overdreven gevoel voor muzikale kleur". Debussy werd dan ook geadviseerd "zich in de toekomst te hoeden voor dergelijk 'vaag impressionisme', dat als een van de gevaarlijkste vijanden van de echtheid van de Kunst beschouwd moet worden". Evenwel duurde het niet lang voordat publiek en deskundigen dat impressionisme erkenden en op waarde wisten te schatten. Het is andere vooruitstrevende componisten wel eens slechter vergaan...

Maurice Ravel werd in Baskenland geboren, maar woonde het grootste deel van zijn leven in en nabij Parijs. Een oude componistentraditie werd door Ravel van stal gehaald: het vervaardigen van een "muzikale graftombe" ter ere van een bewonderde voorganger. In Le Tombeau de Couperin wordt aan de hand van stijlkenmerken verwezen naar de muzikale werkelijkheid van de 17de eeuwse componistendynastie Couperin. Over deze monumentale compositie van Ravel zijn boeken te schrijven, maar we beperken ons hier tot het vermelden dat een Forlane een Venetiaanse volksdans is in 6/8-maat. Inderdaad maakte François Couperin er gebruik van, maar ook Johann Sebastian Bach. En de luisteraar zal merken dat Ravel er als geen ander in geslaagd is dwars door strenge muzikale wetmatigheden heen een haast onbesuisde kleurenpracht te demonstreren en gevoeligheid de compromisloze boventoon te laten voeren. De Zwolse Taylorklokken willen zich hieraan wel eens wagen.

Weer andere grote namen van het begin van de Franse muzikale twintigste eeuw: Roger Ducasse en Marcel Dupré. De jonge Jéhan Alain -telg uit de organistendynastie en geboren in hetzelfde onbeduidende dorpje als Caude Debussy (Saint-Germain-en-Laye)- studeerde bij hen en was bovendien geïnspireerd geraakt door de vroege werken van Olivier Messiaen. Orgelmuziek zou na Alain en Messiaen nooit meer hetzelfde zijn. In 1937 gaf de componist zelf de eerste uitvoering van Litanies op het Cavaillé-Coll orgel in de Trinité-kerk te Parijs, een instrument dat inmiddels onder de vleugels was gesteld van Messiaen, nadat het eerder door César Franck was bespeeld. In Litanies worden de klanken van het aanroepen van de heiligen door een grote mensenmassa, omgevormd tot een haast hysterische muzikale manifestatie. Het was er de tijd wel voor, want rampspoed zou kort daarna Europa bevangen, en de Tweede Wereldoorlog ontnam de muziekgeschiedenis ook voortijdig Jéhan Alain. Hij was bepaald niet de enige frontsoldaat die sneuvelde bij Saumur, in 1940.

Geheel hors-concours werkte Darius Milhaud ondertussen aan de ontwikkeling van weer een andere ongrijpbare muzikale stijl. Milhaud baseerde La Création du Monde op een schimmige Afrikaanse mythe en paste er op aanstekelijke wijze verschillende Jazz-elementen in toe, want de componist snoof de Jazz op tijdens zijn bezoeken aan Londen en Harlem. La Création was oorspronkelijk bedoeld voor klein orkest met saxofoon-solo. De zes delen van de gehele compositie die zonder onderbreking op elkaar volgen, zijn genoemd: Ouverture, De Chaos vóór de Creatie, De Geboorte van Flora en Fauna, de geboorte van de Man en de Vrouw, Het Verlangen, De Lente of De Bevrediging.

Gideon Bodden, 30/3/2006

 < terug naar concert-overzicht 2006 NL

 < back to recital survey 2006 english