Hiervoor moet u naar het nationale natuurpark Samaria op de Lefka Ori.
Wie op eigen gelegenheid de heel lange wandeltocht door de Samariakloof gaat maken
kan overwegen een dag tevoren naar Omalos te gaan en hier te overnachten.
Uiteraard niet op de bonnefooi. Vanaf Omalos is het nog vijf km tot het begin van de kloof.
Hier begint de afdaling bij Xiloskalo, "de houten trap" door het allermooiste ravijnpad
van Europa. Aan een kiosk moet een kaartje gekocht worden. U gaat tenslotte een nationaal
park binnen, maar het kaartje dient ook om de controlepost bij de uitgang van de kloof,
18 km verder, te laten weten dat er geen mensen achtergebleven zijn.
Het begin van de afdaling is tamelijk steil. Daarom is een houten leuning aangebracht.
Onderweg zijn trouwens meer voorzieningen aangebracht, waaronder toiletten.
Het laatste verkooppunt van etenswaren of dranken is Xiloskalo. Na ongeveer vier km
bereikt u een kerkje. Het is de St. Nicolaaskapel die bijna schuil gaat tussen zeer
oude, eerbiedswaardige cipressen. Na deze kerk daalt het pad minder steil.
Nog eens vier km verder ligt het bijna geheel verlaten dorp Samaria. De dorpelingen
moesten hier vandaan toen dit gebied in 1962 tot nationaal park werd verklaard.
Kort na het dorp komen we langs het Byzantijnse kerkje van de heilige Maria van Egypte.
Aan deze Santa Maria zou dit dorp zijn naam te danken hebben. Hier hebben we ongeveer
de helft van de wandeling gehad. Samaria is het enige gebied waar de kri-kri,
de Kretensische berggeit, nog voorkomt en beschermd wordt. De laatste vier km
zijn voor de meeste mensen het indrukwekkendst. Hier naderen de loodrechte,
wel 300 m hoge rotswanden elkaar soms tot op 3 m. Deze nauwe doorgang wordt de
Sideroportes, "De IJzeren Poort", genoemd. Sommige mensen, die de hele tocht te zwaar
vinden, gaan met de boot naar Agia Rouméli en lopen de tegengestelde richting alleen
dit laatste nauwe stuk en keren dan terug. De gehele wandeling naar het eindpunt
aan de kust, Agia Rouméli, vergt minstens vijf uren. De meeste wandelaars stappen in
deze plaats dan ook op de boot die hen naar Sougia of naar Chora Sfakion brengt.
Van hier kan men de bus nemen naar Chania. Indien men deze tocht op een goede manier
wil volbrengen, is het wellicht raadzaam om goede wandel- of bergschoenen te dragen.