Cambodia
Op 9 januari vertrok ik vanuit Bangkok naar Siem Reap, Cambodia. Een gefrustreerde Thai bracht ons met een roekeloze rit in de minibus naar het grensplaatsje Poipet. Het duurde daar ongeveer een uur, wat snel is, aan wachten, stempelen en papierwerk voor we de grens over konden. Daar begon onze rit achter in de pickup met 11 man van een uur of 8 met de pickup naar Siem Reap. Een behoorlijk slechte weg maar genoeg lol achterin de pickup.
Siem Reap is de plaats vlak bij Angkor, met veel tempels (+100) uit de 9de eeuw.

Dit is Angkor Wat, 1 van de mooiste tempels. Gedurende twee dagen ben ik naar een aantal grote en kleine tempels geweest. Een van de tempels was grotendeels door de jungle overgenomen, met bomen en wortels dwars door de muren heen groeiend. Sinds de 15de eeuw was de ooit bruisende tempelstad verlaten en pas eeuwen later opnieuw ontdekt.

In Siem Reap per toeval een cerominiele crematie van een heilige gezien. Per boot een floating village bezocht.
Samen met de Khmers van het guesthouse naar de lokale disco geweest. In Cambodia is het de gewoonte om op een gegeven moment voor 5minuten de lichten aan te doen en het de muziek uit. Daarna weer langzaam in een kringetje dansen. Een van mijn beste (en weinige) avonden uit hier in Cambodia.

Deze foto is een mock-up van een mijnveld bij het Minefield museum in Siem Reap. De mijnen zijn nauwelijks te zien. Er liggen nog veel mijnen in Cambodia en dat is ook te zien aan het grote aantal bedelende mensen zonder armen of benen die je hier tegen komt (1 op 236 Khmer heeft een amputatie).
De eigenaar van het mijnveld museum, Aki Ra, 27 jaar heeft voor zowel de Khmer Rouge, Vietnames en Cambodian army gevochten vanaf zijn 9de jaar. Pas toen hij 19 was kwam hij erachter dat niet overal op de wereld altijd oorlog en dood is. Zijn zeer indrukwekende verhaal over zijn leven (eigenlijk meer over dood) in de oorlogen van Cambodia was in het museum te lezen.
Het was mogelijk om met hem mee te gaan om mijnen te zoeken en te ontmantelen, overigens zonder metaaldetector, daar is geen geld voor.
Na 5 dagen Siem Reap ben ik met een fastboat naar de hoofdstad gevaren.
Phnom Penh
In Phnom Penh ben ik 5 dagen gebleven. Ik verbleef hier aan een relaxed Guesthouse aan de rivier. Een beetje te lang blijven hangen hier, maar ook is de tijd genomen om is een keertje niks te doen, wat lezen en een beetje naar (vaak dezelfde) film te kijken. Met name de Killing Fields kan je dagelijks zien, erg goed en aangrijpend maar desondanks was het hier in werkelijkheid erger dan de film laat zien. Phnom Penh is naar mijn idee een stuk veiliger, zolang je maar een beetje oppast 's-nachts dan vaak gezegd wordt, als was er wel een Nederlander neergeschoten tijdens mijn verblijf.
Helaas ben ik vergeten foto's te maken van deze laagbouw stad, dit ondanks het feit dat ik pas hier een camera gekocht heb. Tot nu toe had ik alleen maar foto's van anderen of slechte wegwerpcamera's. Niet zo handig dus.
In Phnom Pehn ben ik naar S21 geweest, een voormalige school die door de Khmer Rouge gebruikt werd voor ondervragingen (lees martelingen) van "vijanden" voordat de KR ze vermoord werden in Choeung Ek. In dit museum de foto's van alle mensen die hier gezeten hebben en het allemaal niet overleefd hebben.

Een gedenkteken aan de slachtoffers van de Khmer Rouge. De Killing Fields van Choeung Ek. Achter glas hier de schedels van 8000 slachtoffers. In totaal zijn er in 4 jaar 1,7 miljoen mensen gedood door de KR.
Rattanakiri
Ik was onder andere naar Cambodia gekomen om te gaan dirt biken over de als zeer slecht bekend staande wegen. Rijden naar Rattanakiri provence, 660 km van de hoofdstad was mijn plan, ofwel Amsterdam-Berlijn maar dan off-the-road. Motorrijden is ideaal om de verscillende landschappen van Cambodia te zien en op plaatsen te komen waar je met normaal vervoer niet komt. Veel waarschuwingen over de slechte weg, niet alleen rijden, de bandieten konden mij toch niet weerhouden om in het avontuur te duiken. Met name alleen rijden leek me niet helemaal zo'n goed idee maar aan de andere kant is de kans op problemen weer twee keer zo klein dan samen rijden. Wat gereedschap en een goede EHBO kit, voor het geval dat, en een betrouwbare Suzuki 250cc crosser geregeld om vervolgens met vol gas richting het verre Noord Oosten te gaan.
De eerste dag naar Kratie gereden, een niet al te moeilijke maar zeer mooie weg langs de Mekong rivier.

Even stoppen langs de weg betekent snel een grote groep kinderen om je heen die vol interesse en met wat angst voor het onbekende naar je kijken. De weg waar ik reed was alleen te doen met een motor aangezien deze te smal voor een auto was. Daarbij ook veel kleine veertjes moeten nemen om wat rivieren over te steken. Aangezien ik een beetje laat vertrokken was en het na 6en snel donker is moest ik de laatste 2 uur in het pikkedonker rijden over een onbekende weg. Gelukkig zonder problemen en met een beetje geluk, bij een cruciaal "kruispunt" in the middle-of-knowhere stond een vrouw die me de juiste weg aangaf, kwam ik om half negen aan in Kratie, na 8enhalf uur rijden.

De volgende dag begon het echte dirtbike werk pas. Mijn bedoeling was om zonder tussenstop in Stung Streng in 1 keer naar Bang Lung te gaan hoewel in 2 dagen veel gebruikerlijker was.
In het eerste deel reed ik over een slechte weg, met hier en daar grote gaten van bommen of mijnen. Het was mogelijk om snel te rijden hier, tenminste staande op de motor, zolang je maar af en toe een flinke noodstop maakt (of juist extra gas bijgeven) en vertrouwd op de goede vering van de bike. Elke fractie van seconde moeit je opletten op gaten, grote stenen, het mulle zand en rotzooi op de weg. Oftewel, een perfecte route voor de fiets die ik had.
Ook de hitte was zwaar, gedurende 6-7 uur geen schaduw te vinden, met regelmatig ook nog eens links en rechts een bosbrandje.

Het tweede stuk begon gelukkig met een stuk schaduw en een goede weg zodat ik een beetje bij kon komen. Na een uur begon de weg door de jungle waarbij de weg door de zware regenval en de diepe wielsporen zelfs voor een pick-up, na de motor het enige wat hier kon rijden, niet meer te doen was. Deze ontweken de onmogelijke stukken door naast de weg tussen de bomen door een nieuwe pad te maken.
In dit stuk had ik het behoorlijk zwaar aangezien ik niet goed gegeten had, teveel zon op mijn kop had gehad en ook nog is mijn water op een brug had laten staan. Erg vervelend als er vervolgens bijna twee uur niets meer tegen. Gelukkig kwam ik nog voor een lege tank wat tegen. Op dat moment moest ik weer opschieten aangezien het donker begon te worden. Met geen idee hoe ver nog te gaan reed ik in het donker over de nog steeds onbegaanbare weg. Vragen aan lokals hoe ver het nog is heeft weinig zin. Zelf zijn ze er waarschijnlijk nooit geweest want in de praktijk was het altijd verder dan ze zeiden.

In het donker ben ik hier in de modder gereden. Kostte me bijna een half uur om 'm er weer uit te krijgen.
Uiteindelijk kwam ik om half tien eindelijk aan in Ban Lung, na 11 en half uur rijden met elke seconde volledige concentratie op de weg.

Op de weg terug dacht ik eerst in twee dagen terug naar Kratie gaan. Onderweg ging alles een stuk sneller dan heen nu ik niet meer in het donker reed en daarnaast topfit was. In 4 uur was ik door de jungle gecrost en daarna deed ik het tweede stuk ook veel sneller, de weg was me ondertussen bekend en de motor kan veel hebben. Was waanzinnig om zo over de weg te scheuren. In de dorpjes waardoor ik reed stonden steeds veel Khmers naar me te zwaaien als ik langsreed.
In een klein plaatsje ging het tot mijn grote spijt fout. Precies op het moment dat ik langs kwam stak een jonge hond zomaar de weg over, komende vanachter de mensen die naar mij keken. Ik kon de hond met geen mogelijkheid ontwijken en reed over hem heen. 5 minuten later zag ik de hond zijn laatste adem uitblazen, samen met de wel 20-30 Khmers die ondertussen om me heen stonden. De Khmers konden er om lachen en zaten een beetje stom tegen de hond aan te schoppen. De eigenaar wilde natuurlijk geld zien. $4 was genoeg maar ik had alleen nog maar een $20 bill. Uiteraard geen probleem voor hem, waarschijnlijk een maandsalaris voor hem. Al gebarend begreep ik dat ik de overleden hond moest meenemen. Aan begraven deden ze niet en met de grote groep Khmers om me heen leek het me beter om het geld te geven en de hond mee te nemen. Pas na 15 minuten rijden heb ik de hond een laatste rustplaats gegeven. Hoewel de hond plots als een konijn overstap had deze hoogst waarschijnlijk nog geleefd als ik een stuk rustiger had gereden. Ik voelde me er erg rot over van wat gebeurd was.
De volgende dag ben ik van Kratie terug naar Phnom Penh gereden. Ditmaal over een andere weg terug. Alhoewel weg, dwars door de rijstvelden en grote vlaktes een stuk afsnijden om proberen bij Highway 7 uit te komen. Gewoon het zuiden (of de zon) aanhouden voor een uur of 3. Het was geen al te moeilijke weg. Met name kleine weggetjes of paden die soms voor een lang stuk onder water staan. Gewoon doorheenrijden en hopen dat het niet diep is. Ook ditmaal weer een heel andere omgeving dan ik gezien had.

Op het laatste stuk naar Phnom Penh kwam ik er achter dat mijn gaskabel bijna gebroken was. En na zo'n 1400 kilometer rijden brak deze kabel pas de laatste (!) kilometer die ik nog te gaan had. Met de gas toevoer geopend en "gas" gevend met mijn remmen en koppeling het laatste stuk veilig terug gekomen.
De motorrit was voor mij onvergetelijk en (tot heden) mijn grootste avontuur hier in Azië.
De zuidkust
Na een paar dagen bijkomen in Phnom Penh ben ik naar de zuidkust van Cambodia gegaan. Een rit van 4 uur, gewoon met de bus.

In Sihanoekville heb ik met een groep van 6 een overnachting gemaakt op een onbewoond eiland. Met wat eten van de markt, een hangmat, wat kookmateriaal en een paar tenten de nacht doorgebracht. Geslapen in een hangmat, tot het begon te regenen, onder het genot van de onbekende jungle-geluiden en de vele krabben op het strand. Je kon hier ook goed snorkellen, veel koraal.
In Sihanoekville naar het nabije Natial Ream park geweest en de lokale markt bezocht. Het strand nauwelijks gezien maar ook niet echt gemist.

Voor 3 dagen maar weer een motor gehuurd en hiermee naar Kep gereden, een rustig dorpje aan het strand en daarna een nacht in Kampot. De derde dag naar Bokor hill gereden. Bokor is een plaatje boven op een berg. Begin 19de eeuw was het nog levendig maar gedurende de oorlogen verlaten. De KR heeft er nog een tijd gevochten tegen de Vietnamesen. Nu is het een spookstad waarbij alles verlaten is, op de Wat natuurlijk na dan want Boedha wordt overal geëerd.
Op de foto het ooit is bruisende casino van het verlaten dorp.
Bokor had een mooi uitzicht vanaf de berg over de jungle richting de zee.
De rit erna toe was over een smal bergpad waarbij alle stenen op de weg de grootste hindernis waren. Alsof je de hele tijd door een mixer rijd. Had dus weer het grootste plezier om hier rond te rijden. Ook de weg van en naar de highway naar Sihanoekville beviel goed. De hobbels waren groot genoeg om regelmatig wat air te kunnen maken. En voor degene die weten dat ik vaak pas tank als vlak voor het tankstation mijn motor afslaat, ook nu weer na een lange rit het benzinestation ingereden op de aller laatste druppel.
Aangekomen terug in Sihanoekvill ben ik de volgende dag weer terug gegaan naar Bangkok. Een 13 uur durende reis per motortaxi, boot, kleine speedboot van Cambodia naar Thailand, minibus, tourbus en uiteindelijk de taxi naar het ondertussen vertrouwde Khao San Road. De backpakkers plek om weer wat bekenden te ontmoeten, weer is uit te gaan, heel veel internetten, wat shoppen en het vervolg van de reis voorbereiden. Zo'n beetje de gemiddelde activiteiten van de backpakkers hier.
In Cambodia reisde ik met name alleen en ontmoette ik steeds weer nieuwe "drie-dags vrienden", welke ik hoop ooit weer is te ontmoeten (op een enkeling na dan). Ook kwam ik regelmatig Robin en Rosie tegen die ongeveer dezelfde route deden. Veel goede tijden gehad in Cambodia, moet er zeker een keer terug. Vergeleken met Thailand vind ik Cambodia veel interessanter, met name door de historie, de mensen en het veel minder touristische karakter.
In Bangkok wacht ik nu op de aankomst van
Peter en Tiziana om vervolgens met hun de komende maanden te reizen naar nog onbekende bestemmingen. Maar met nog voldoende ideeen om nog lang door te kunnen gaan.