Behekste kusten
Herodes en ik hebben een spookcavalerie aangevoerd
Doorheen versluierde en heidense geschiedenis waar bijgeloof regeerde
En het christendom naar perversie streefde, maar dichters met mijn faam
Zongen over schemerduistere overwinningen die hekserij had opgeëist
De Graal en het machtige Excalibur als geloftegiften
Voor een Engeland herrezen onder uitgestrekte verheven vleugels
Dit zijn de kusten waarop mijn ziel,
Doordrenkt met bloed en reddeloos,
Troost zal zoeken in geheimen verteld
Door de fluisteringen van een droom
Als een leider geboren uit Britse wouden, stond ik op Arthur
Een trotse dappere Koning gehuld in de
Gewaden van lust
Dood en noodlot schrokken mij niet af, ik richtte een gedeelde troon op
Uit ontzag voor mijn roemrijke gewonnen veldslagen, die mijn duistere Godin mij had geschonken
Maar toen kwam verraad, een vleugelloos beest, naar mijn hof gekropen
En nu lig ik op het vervloekte slagveld Camlann, door de wonden toegebracht door een verrader
Ik vrees dat een verdorven licht
Nu door Kamelot golft
Hoe bitterzoet lijken mijn overwinningen
Nu herfstbladeren zich aan de vrieskou overgeven
Morganna, ben je mij nabij?
Lusteloos wend ik mijn pad naar het graf
Werp mijn zwaard binnen het bereik
Van de waternimf onder het zilveren meer
Toen de beroerde wateren kalm waren
Meesteres laat de nevels neerdalen
Jouw tranen kunnen het koude hart van de Dood niet doen smelten
Zijn sombere blik trotseert legendes
Nog meer dan de jouwe, anders zijn jouw met dauw bedekte ogen
Voor het lied van de klaagvrouwen
Of onze zielen verstrengeld als aderen op
De behekste kusten van Avalon
De behekste kusten van Avalon
Begraaf mij in een fluwelen droom
Opdat ik niet ongewild zou ontwaken
En mijn dorst zou proberen te lessen
Met de verraderlijke architecten van mijn lot
Laat de buldogs van de grommende nacht los
Om ten gronde te richten, te teisteren en in brand te steken
Terwijl de sluimering mij tussen de doden lokt
Om plannen te smeden voor mijn terugkomst
Eeuwenoude spookachtige echo's ademen als donder op de storm
Noodweer dat dwazen goddelijk noemen terwijl ze onderduiken wachtend op de dageraad
Hun onwetendheid heeft mij doorheen de eeuwen een zwaard gesmeed
Glanzend om te flitsen als bliksem over de afgrond van de oorlog
De wolven zijn dood in Albion terwijl de gedweeë kuddes vrij rondlopen
Mijn doordringende speerpunt zal deze walgelijke zondige rassen doorboren
©Joeri W.