Dagboek van een wandeltrektocht (16 juli t/m 8 augustus 1995)
Grandes Rousses en Ecrins nationaal park (Frankrijk)
Les frères Brent et Martijn Loinmoulin.

Zondag 16 juli
De tocht begint met een koude ochtend en een warme douche. Alles is gister al ingepakt, ma zorgt voor ontbijt en
een lunchpakket. Na RER en metro valt niet op dat we in een TGV zitten want 'grande vitesse' heeft ze niet. Het is
prachtig bewolkt als we door een speelgoedlandschap rijden. Op het station (de bus gaat om 1345) zijn de plannen
al gemaakt; 3 uur lopen naar een stek. Het is zonnig en heet. De stek wordt bereikt als we bijna dood neervallen. De
ruïne is perfekt, prachtig uitzicht en een bron dichtbij. Om 2055 worden we weggestuurd door de (Amerikaanse)
eigenaar omdat er al een dode was gevallen hier. Inpakken en verder lopen dus. Na een stuk klauteren komen we
ruim honderd meter hoger op een weg terecht, lekker pitten dus. Het uitzicht was magnifiek. Roodverlichte bergen
met sneeuw, blauwe lucht en sterren. 2205 in bed. Het is enorm koud, vooral door de wind die over de sneeuw
waait. Het ligt wel aardig.
Maandag 17 juli
0745 eruit. Na een bibberig ontbijt gaan we de Col tegemoet, de lucht is aan het betrekken. De zon verlicht de
bergen en geeft een prachtuitzicht. Het klimmen gaat slecht, tijdens de pauze zien we dat we erg verkeerd ziten.
Dit blijft zo. Telkens zitten we naast het pad op een lastig sneeuwveld of in het gruis. De heupen deden zeer en het
lopen ging zwaar. De zon brand ongenadig, rood, bezweet en helemaal leeg ploffen we uiteindelijk neer op een
grasveldje. Om 1845 wordt gestart met het koken van boerenkool met worst. We hebben weer een prachtomgeving.
Het is alleen wel frisjes als de zon weg is. 2100 is een mooie bedtijd en op
Dinsdag 18 juli
is 0830 wel een leuke tijd om op te staan. Het is weer frisjes maar de wind valt mee. Het uitzicht is wijds. We lopen
weer van hot naar her, van paden is niks te zien. Van de planning komt niks terecht want al die sneeuwvelden,
rotswanden en verloren padden houden erg op. Tijdens de pauzes zijn we fiks moe en we zijn allebei halverwege
de laatste pauze in slaap gevallen. Ook hebben we weer koppijn net als zondag en maandag. Om 18:05 belanden
we per ongeluk op en egaal stukje grond met uitzicht type 4, zelfs de Mont-Blanc (?) is zichtbaar. De weg naar de
refuge aan het meer is onvindbaar dus kappen we hier maar met de pijniging. Het soja-SS provençale ziet er uit om
te smullen, we hebben erg honger. De zonsondergang is prachtig. De M-B wordt oranje gekleurd. 2130 in bed.
Woensdag 19 juli
0830 eruit, de zon verlicht/verwarmt ons al enige tijd. Het is niet koud geweest maar er staat een frisse wind. De lucht is wolkloos en half bemaand. Het lopen gaat lekker, weer over meerdere sneeuwveldjes. Het uitzicht tijdens de klim is enorm wijds. Om 1435 is de Col de Quirlies (3001) bereikt. De afdaling is zwaar door de bobbelige papsneeuw. De kampstek is weldra bereikt, een horizo stukje grond met smeltwater in de buurt en een prachtig uitzicht, 180° bergen. De macaroni met kaasburger en vanilledrank smaken goed. Het wordt weer frisjes. Brent is helemaal verbrand, hij heeft een rode driehoek op zijn borst. Ik heb gewoon stoplicht rode kuiten. 2145 in bed, wauwig uitzicht. Het is niet zo koud.
Donderdag 20 juli
Weer pas om 0830 eruit. De zonsopkomst is weer mooi. Het gras is nat en de rugzakken zijn bezaaid met tientallen vliegen. We lopen weer niet over paden en dwalen een paar uur om. Dan volgt een kosmetische stop; baden, scheren, insmeren en eten. We lopen snel verder over een breed koeiepad tot bovenop de Col boven Besse. We zijn kapot en verlangen naar water en een bivak. Opeens ziet B het sourceje, hij tapt 5 liter en ik zoek de bivakplek. Het is weer een enorm mooie plek, 180° view op gletschers, leiwandjes (vooral verticaal), bomen (ook een dooie berk), dorpjes en vooral heel veel insecten. Mieren, vlooien, vliegen. Het wordt weer frisjes, B niest, we gaan slapen om 2100.
Vrijdag 21 juli
Na mier in oor, mug op neus en dergelijke insect ervaringen om 0700 eruit, ja om 7 uur. Het is bewolkt. Een half uur na vertrek zitten we in Besse cola te zuipen en chocola te eten. De klim die volgt valt zwaar, erg lang en steil. Het zicht op het massief is mooi, het komt steeds dichterbij. De afdaling naar Le Chatelet is nog zwaarder (en stoffiger). Bij de epicerie zitten we weer aan de cola, schrijven we een kaartje en tappen water voor het bivak bij het Table d'orient. Af en toe komt er een stuk gletscher of rots naar beneden donderen. De SS provençale-ossestaartpuree smaakt goed met witte wijn. Na een aardige zonsondergang om 2145 naar bed. Het ligt een beetje schuin.
Zaterdag 22 juli
0715 eruit, de lucht is strak blauw. Met goede moet gaan we op weg. We dalen verkeerd af naar Hameau, moeten een stuk asfalt lopen, zien dat de beklimming naar Col du Goléon onmogelijk is en klimmen in de hitte naar Col de Aiquillon en dalen glijdend, enkelzwikkend af naar een meertje met drank/ijstent waar we ons tegoed doen aan allerlei lekkers. Na de bami, aardbeipudding en thee met een mooi bewolkt uitzicht naar bed om 2115. De nacht is donker en zwaar mistig.
Zondag 23 juli
's Ochtends is de zon er al snel bij, 0830 eruit, effe gezwommen en liggen drogen en slapen, laat weg. In Villar inkopen gedaan en weer cola gedronken. Het is heet weer en we lopen er weer fiks op los. In Col de Lauteret op een terrasje zitten genieten van pain au Camembert, een colaatje en racefietsers, motorrijders en ander grut. De klim van Lauzet naar boven valt zwaar maar de bivakstek mag er wezen. Lentilles en cassoulet op en na een tukje eten we een pain sucre bij de thee. Er staat een harde, sterk verkoelende wind. Het motto "pijn is fijn" breiden we uit met "dood ga je toch". Net na het tukje werden we nog verrast door twee meisjes waarvan er een de torrent in gleed. Een marmot huppelde hetzelfde bruggetje met gemak over. Brent krapt zich nog eens op zijn bil als we rond 2130 gaan slapen.
Maandag 24 juli
Vanacht heeft het flink geonweerd maar niet geregend. We hebben veel bekijks van dagjesmensen en andere trekkers. Het mooiste is nog Brent die voor de foto het bruggetje oversteekt en dezelfde fout maakt als het meisje van gisteravond. Hij is nu druk bezig met voeten drogen en andere sokken aantrekken. Het lopen gaat goed. Ik heb wat schuurplekjes op mijn grote teen en B op zijn heup. Het gebied is rotsachtig, veel puin en sneeuwveldjes. Op de refuge Orayeres komen we Emanuelle 3, 4 en 5 tegen. Het verloop van de tocht gaat goed. Op de geplande plek zijn al mensen, twee tenten met twee Fransen, een Canadees en een Deen. We zwemmen een paar seconden in het meer, zetten de tent op in de sneeuw en koken de SS rode kool, flink veel want B heeft weer honger. Tijdens het nuttigen van de rode kool spatterd het even, snel leggen we de slaapzakken in de tent. Tijdens de bouillon, na de champignonsoep gaat het echt regenen dus we bergen alles op en duiken de tent in. B heeft af en toe last van iets waarvoor ma al had gewaarschuwd, Sadam's praktijken; darmgassen. We plannen de topbeklimming verder vanuit het basiskamp alhier. Het regent en rommelt nog steeds. Tussen twee buien door tanden gepoetst, 2045 in de zak, het is comfi in de tent (op de atmosfeer na dan).
Dinsdag 25 juli
Na een frisse/koude nacht om 0830 eruit. De zon gaat af en toe schuil achter wat wolkjes op de bergtoppen. We komen de slofclub en het promoteam nog tegen als we naar Tabor gaan. Vanaf de kapel op de col is alles goed te zien als de mist optrekt tenminste. Overal zijn fikse puinhelingen en we zien her en der ook wat naar beneden vallen. Het dal naar Nevache lijkt oneindig, als we er eindelijk zijn kopen we eerst pizza met cola en een brood voor morgen. B heeft bij de VVV gevraagd waar chips en wijn te koop is. Dus we gaan op pad. En ja, anderhalve kilometer verderop is de "grote" epicerie dus wij kopen drie ons vlees met saus, een liter vin (in mijn Sigg fles) en een rozijnenbrood. Aan het watertje een stukje terug doen we ons tegoed aan puree-tomaat-SS provençale met viande en vin. In het donker genieten we van de rest van de wijn. B verjaagd nog een dode vis die voor ons in het watertje zwemt. 2330 naar bed.
Woensdag 26 juli
Om 0830 wordt ik wakker van de hitte, de zon schijnt tussen de wolken door. Na voeten tapen en scheren gaan we eindelijk weg na nog eens door een tante op crossmotor gewaarschuwd te zijn dat 'camping sauvage' interdit is. Op de markt in Nevache kopen we een appel en twee nectarines tegenover een kraampje met kip, heerlijk gekruid (provençaals). Het is warm weer, de lucht is strak blauw. Na een lekker (en mooi) stuk klimmen en dalen komen we dan eindelijk in Mekka (le Monetier) alwaar de Supermarché wordt geplunderd, HFl 70,- aan wijn, chips en ander lekkers. Even hoger is de stek gevonden. De source is droog maar het uitzicht mooi. 30 tot 35 Fransen (?) gaan hier echter een 'feest' houden dus zoeken we een andere slaapplek. De cassoulet en ravioli smaken goed. Flodor en Fraisnaal voor toe tijdens zonsondergang. We slapen in het geurige gras van een ruïne terwijl die Fransosen 'lol' hebben, het is heet 's nachts. 2230 in bed.
Donderdag 27 juli
0800 eruit, de hemel is weer strak blauw en het wordt al warmer. Met het laatste water nuttigen we ons ontbijt. Na een half uur klimmen komen we bij het water, tappen en zuipen. Het uitzicht door de bomen is erg mooi, ook vanaf de Col waar we Nutella met bruinbrood nuttigen. Na een fikse afdaling belanden we in Vallouise alwaar eten (kip + Bonduelle en vla-crême) en drinken wordt gekocht. Het smaakt voortreffelijk. Het stadje is geinig om gade te slaan. Vol goede moed stappen wij na uitgebuikt te hebben op met als doel 'entre les aigues'. We lopen flink door, al gapend en zwetend. De laatste 31/2 kilometer leggen we per cammion af. Het is een mooi gebied. Steile rotswanden met bosjes naaldbomen, puinhellingen, gletscherwanden en de riviertjesdelta. Om 21:00 zijn de chips en cola op. 2145 naar bed.
Vrijdag 28 juli
0745 eruit na een goede nacht slapen. het wordt een warme, vermoeiende dag/week want vijf keer 1 kilometer stijgen en dalen is vermoeiend maar echt Frans; multifunctieloos. De 1e kilometer (Col Martin) viel mee, in 3:20 omhoog geklommen. Het uitzicht is wijds. De afdaling is lang, 40 zigzags in 2:00. De refuge is erg duur, alleen de wijn is betaalbaar, ƒ10,-. Na 1900 zoeken we de kampstek op, achter een grote rots, naast het water. De hutspot smaakt zeer goed. De smeltkaas met keks (en wijn) voor toe nog veel beter. We sluiten af met een kop koffie en gaan moe van het lopen (lallen) naar bed, 2145.
Zaterdag 29 juli
0800 wakker. De nacht was lang, helder verlicht door de sterren en Saddam zorgde dat ik een tijd met de zak half open moest gaan liggen. Die luchten zijn echt niet te harden. Na een fris ontbijt van Kellogs fruit 'n' fibre- cornflakes stappen we op. De Col is snel bedwongen, in 1:50. Onderweg halen we nog vier blonde Nederlanders in die niet erg bedreven zijn in het lopen. De pauze onder de Col is koud, mistig. Na twee maal heftig klimmen zitten we op de Col de Vallonpierre (2607), het uitzicht zou mooi kunnen zijn ware het niet dat de toppen bewolkt zijn. We peren 'em dus weer, 1,5 kilometer naar beneden. Wat een route. We rennen verder. We willen door naar la Chapel voor de kip maar belanden in le Bourg op een 'Nederlandse' camping. De 4 windstreken nasi-kip kerrie-rijst-vruchten smaakt goed maar heeft meer water nodig. Erna gedoucht (lauw water) en vier bakken koffie/thee gedronken, 2215 in de zak.
Zondag 30 juli
0830 eruit, de nacht was warm. In la Chapelle nemen we vijf Tortures fraise, 11/2 liter cola en 2 bananen. We zijn klaar voor de 1,3 kilometer klimmen. De klim loopt gesmeerd. Het is zwetend warm en lekker steil. Veel uitzicht hebben we niet vanwege de wolken. Na een lekkere stokbrood-Camembert pauze klimmen we verder. We dalen af naar de hut en klimmen, eerder wandelen, naar de Col. Het uitzicht was toen heel gaaf vanwege zwarte onweerswolken in de dalen. Gaaf tot het bij ons op de col ook ging regenen. We rennen nog een uur naar beneden en zoeken tussen de brandnetels een kampstek na geschuild te hebben in de schapenstal. Ik zet de tent op die bijna wegwaaid terwijl B het water haald. We eten puree-SS rode kool en nemen thee met gemengde koekjes, 2315 naar bed. Het regent nog.
Maandag 31 juli
We ontbijten om 0930, zetten de tent opzij en slapen verder. Als het wat begint te spatteren om 1130 besluiten we om maar weg te gaan. We zitten hier op een mooie stek, uitzicht op le Desert en de 1 kilometer hoger gelegen, te beklimmen, col. In het woestijntoetje kopen/eten we brood, bellen we het thuisfront en starten we in de hete zon met de klim. Na 1:15 begint het te regenen dus trekken we de jas en gamaschen/broek aan. Het geluid is weer prachtig. Tot ik van toch wel erg dichtbij een flits zie en krakend gedonder hoor, we schuilen 10 minuutjes in een ditch en blubberen verder naar de col. Het uitzicht is aardig, de geiten niet. We eten het brood op met de laatste Camembert tijdens de laatste spatjes. De afdaling verloopt weer traag, oneindig gezigzag. Als we de kampstek naderen begint het weer te spatteren, B zet de tent op en net voordat 'ie staat barst het los dus trekken we alles onder de tent en schuilen. Als het wat kalmeert pin ik de tent snel vast en neem een (koude) douche. Na de boerenkool, de poeppauze, de thee en koffie en tandenpoetsen duiken we de klamme slaapzak in, 2115.
Dinsdag 1 augustus
We slapen lekker uit, 0845. Het valt mee dat het droog is buiten, de zon probeert zelfs erdoor te komen. De stek is idyllisch; groen, lieflijk, waterig, grassig kortom beeldig. De klim is zwaar en ziet er nog zwaarder uit op het eindstuk. Af en toe verwarmd de zon ons maar de wind is frisjes. Het laatste stukje is steile lei-modder, gewoon doorraggen. De afdaling gaat over veel sneeuw. Bij de refuge is het enorm druk. We dalen verder af naar Venose, een flink stuk en nemen daar de telecabine naar les 2 Alpes. Aldaar beroven we de bank, plunderen de supermarché, kopen een poulet rotie en vertonen een vreetshow op het bankje voor het postkantoor. De camping is voorzien van 39 Franse bergmariniers (met ieder een tent) en Nederlanders, Britten, Fransen en niet te vergeten Italianen, veel Iti's. Ons gevreet werd gade geslagen door menigeen toerist en door Bruno, de herdershond die naar mijn bevelen luisterde. We gaan er vroeg in na wat coke en chips, 2200. De nacht is warm, later ijskoud.
Woensdag 2 augustus
0700, 's ochtends is het dan ook verrekte frisjes. Het Franse leger is al klaar en gaat een dagtochtje maken. Wij houden groots ontbijt, zoet brood met ei, en lang toilet, douche, scheren enzo. Het is perfekt weer voor de top, we gaan ervoor en pakken de cabine tot Serre Pallas, lopen even verder en piqueniquen op het terras van het restaurant. De top is wandelend waarschijnlijk onbereikbaar dus zal de stoeltjeslift uitkomst bieden. Maar nee, de liften kappen om 1320 dus vertrekken wij om 1325 van het restaurant, beklimmen de Jandri (3288), een nog hogere top en bekijken de ijsgrot. Om 1500 gaan we weer naar beneden. Na bijgekomen te zijn van de afdaling nemen we dezelfde route terug naar beneden, wijken af om de nieuwe route te bereiken, dwalen wat, beklimmen de Toura, dwalen weer wat en vinden tenslotte het paadje om de meter aangegeven met rode strepen. Even later begint het te spatteren, de lucht is helemaal dichtgetrokken, dus als we een stuk sneeuw vinden zetten we de tent op. Als we klaar zijn breekt de hemel open. Blauw! Heerlijk eten in de hete zon. Thee met een enorm uitzicht over het dal van de Serre de zuidkant op en een ondergaande zon die een mist in het dal veroorzakt. De hemel wordt in allerlei prachtige tinten gekleurd; roze, paars en blauw. We genieten hiervan tijdens vier koppen thee. 2145 naar bed.
Donderdag 3 augustus
0900 eruit, de zon heeft de tent al fiks opgewarmd. De hemel is strak blauw. Na de afdaling belanden we in St Christophe waar we Zibro tappen en cola drinken met brood-coulommieres. We chatten wat met Britten en peren 'em weer. Na een mooi paadje te hebben bewandeld in de zinderende hitte stoppen we bij de brug over de torrent de Mariande, nemen een frisse duik, eten een droog brood met choco op en gaan slapen. Om 1615 verhuizen we naar de kampstek. Het uitzicht is enorm, hoge watervallen, bergen en naaldbossen. De soja-rode kool smaakt goed met ketchup, de rundpuree doet ons goed. De Zibro Kamin is niet zo'n goede keus als brandstof. Het is wel handig dat het niet vluchtig is maar voluit brandend roet het erg. Water voor thee duurt dus even. Na gekookt te hebben met de k-sproeier toch weer de gewone erop gezet, 2105 in bed. 's Nachts 'lekker' liggen stinken, is het de soja, rode kool, soeppuree of wat.
Vrijdag 4 augustus
0830 eruit, veel cornflakes gegeten, vers water uit de waterval getapt en onder een strak blauwe lucht vertrokken. Na 2:30 dalen en een pauze met chocoladekoekjes belanden we in la Bérarde. De camping is helemaal vol en de terrasjes bijna leeg. We kopen cola, bananen, poedersuiker en brood, doen ons tegoed en duiken de hitte weer in. Na twee uur klimmen houden we een baquet-poedersuiker pauze. Vijf Ieren (ofzo) passeren ons. Op het basiskamp (ter hoogte van de top van het station météo) kappen we. Vier Fransen en drie anderen komen net van de col naar beneden. We nemen een kop koffie (smeltwater), prepareren de hutspot, de puree en later soja met tomatensausje (hutspotvocht en puree). Brandstof en tijd zat. We genieten onderwijl van de ondergaande zon en de diverse (soms harde) steenlawines. Het wordt frisjes zonder zon. Na 2:00 koken en heerlijk eten zitten we om 2125 te koken voor de thee. Weer brander op gang brengen, sneeuw smelten en koken. 2230 naar bed.
Zaterdag 5 augustus
0930 eruit. Het ontbijt is groots. Vier eetlepels melkpoeder met twee ons cornflakes en een toef poedersuiker. Het is wat bewolkt aan het worden maar de zonsopkomst was mooi. De afdaling gaat eerst wat stram, later soepeler maar we zijn te laat, 12 minuten, de epicerie is dicht. B gaat ergens scheiten en z'n reet afspoelen. We wachten bij het water tot de winkel opent, doen inkopen, reserveren de bus, kijken bij het Météo instituut naar wat video's en dergelijken en smeren 'em want de regen is voorbij. O ja, we hebben geluncht in het washuis samen met massa's Fransen. Na 1:30 lopen gaat het weer regenen, we zoeken een plekje en lopen 0:45 door. De zonsondergang is wel wijs, ik kijk steeds effe naar buiten.
Zondag 6 augustus
0800 eruit. De gletschers zijn al mooi verlicht. Het is aardig koud door de wind. Nee, niet die want dat zijn lekkere warme. Het ontbijt bestaat uit 22 boterhammen (een heel wit brood) met pasta en camembert. B diareet nog wat en we vertrekken, terug naar la Bérarde. Onderweg is de Barre jammergenoeg in wolken gehuld. Heel even is de top zichtbaar tijdens de pauze. Na wat gepiel met het fototoestel vluchten we weg van de kou. Het uitzicht blijft mooi maar bewolkt. Bij aankomst in la B begint het te spatteren. We calculeren wat en bemerken dat B niet genoeg geld heeft. De camping kost FFr 60,- voor twee personen, veel te duur en geen cards acceptée. We lunchen er, ik denk dat ik me nog ga scheren, en lopen naar een kampstek toe. Dit doen we na een halve liter cola. Het begint rond 1800 weer te spatteren dus poten we de tent tussen de plantjes in de rivierendelta neer. Ons avondmaal bestaat uit pain met Macedonische legumes en corned beef, afgesloten met vin de table 12%. Smullen. Maar het wordt koud, het tocht, ik laat een scheet en B legt het af. We gaan snel pitten, 2000.
Maandag 7 augustus
De laatste wandeldag staan we om 0745 op, het is zwaar bewolkt. De Meije zit in de wolken, B merkt op dat er boven de ±3600 meter sneeuw is gevallen. Alleen de breche is zichtbaar. Het plan voor vandaag is simpel. Liggen wachten tot de wolken optrekken, ofwel tot we een ons wegen. We blijven een uur, nemen wat plaatjes en vertrekken. Overal komen watervallen naar beneden. We gaan een uur richting refuge Promontoire en dalen dan af naar la B. Onderweg kwamen we een chamois grot tegen die we in zijn geklommen. De eigenaar was niet thuis. Bij de refuge was het een komen en gaan van plastic stappers en klimschoeisel. Onze afdaling heeft halverwege nog een fikse stijging gevolgd door regen en een mooi wolkenspel in de dalen. In la Bérarde aangekomen schijnt de zon. We doen inkopen, eten onze lightweight maaltijden op zittend op een door B gebouwde bank aan de oeverkant van de Véneon, kopen 12 cookies die we in de kapel nuttigen, zoeken een slaapplek en vinden een stek op het oude kampeerterrein. 2011 in bed.
Dinsdag 8 augustus
Om 0600 gaan twee alarmen af waarna we om 0615 eruit springen. Het heeft maar een beetje geregend 's nachts
maar de tent is nat van condens. Het ontbijt bestaat uit biscottes met stinkkaas en chocola later in de bus. De
topjes zijn licht besneeuwd (of was dat gisteren al zo?) zodat de Barre er mooi uitziet. De bustocht is koud en
schitterend, weinig tegenliggers dus geen problemen voor de uit z'n neus etende chauffeur. Nu, net na Bourg
d'Oisans, regend het weer. We nemen langzaam, gaandeweg, afscheid van de Ecrins. Au revoir!
Martijn's home