Ik heb mijn huis verlaten deze dag,
het leeft al uren in herinnering;
een vreemde stilte is er in gaan wonen
totdat een nieuwe adem het vervullen kan.
Het is geweest; sporen op het behang,
klemmende deuren, zolderwind
en kelderdonker worden licht ontdekt:
over het gras nadert een kind.
Geluid slaat rauw de hoeken om
als het de holle trap beklimt,
ramen uit hun kozijnen dwingt.
Een bonte poppenstoet begint
te paraderen over hout en stenen.
Het meisje sluipt de trap af op haar tenen.
December 1987
Peter J.R. Vermaat
Maart 1988
Peter J.R. Vermaat
Februari 1987
Peter J.R. Vermaat