De herdertjes lagen bij nachten
zij lagen bij nacht in de zak van
Sinterklaas Sinterklaas Sinter-
klaas de zak van Sinterklaas
O jongens jongens tis zo'n den-
neboom O denneboom kom maar
binnen met je knecht want we
zitten allemaal even in m'n
schoentje gooi wat in m'n laarsje
dank u voor deze blijde morgen
trippel trappel trippel klopt daar
kindren hoort wie klopt daar kin-
dren horrt wie tikt daar zachtjes
tegen 't godlijk kind herders
slaat op uw feestschalmijen tis
geboren het godlijk kind herders
slaat op uw feestkapoentje gooi
wat in m'n jingle bells jingle bells
jingle all the way tra la la lie tra
la la la na na na na na na kinde-
ke teer hij seit noch stil suus suus
en kreit sinterklaas sinterklaas
als je komt in de stad denk aan
mijn adres toe en stuur me wat
sinterklaas sinterklaas als je
komt in de stad denk aan mijn
adres toe en stuur me bonne
bonne bonne gooit wat in m'n
lege lege tonne gooi wat in m'n
wist ik het mar hier leg ik wat
haver en wat stroo voor het
kindeke geboren op aard er is
een kindeke geboren op aard
't kwam op de aarde en 't droeg
al twee kaatseballen in een
net en een letter van banket o
kom er eens lieflijk kindje met
goud in het haar sluimert in
hemels schoentje gooi wat in
m'n laarsje dank u kindeke
teer hij seit noch stil suus
suus en kreit niet meer.
Tekst: Theo en Thea