Terug naar overzicht

WP 10 Grensrechters

WP 10.1
De grensrechters zijn gesitueerd aan de zelfde zijde als de jurytafel, beide op de doellijn aan het einde van het speelveld.

WP 10.2
De taken van de grensrechters zijn:

(a) het geven van een teken met de rode vlag als de spelers zich op de juiste wijze hebben opgesteld op hun respectievelijke doellijnen bij het begin van een speelperiode;

(b) het geven van een teken met de witte vlag bij een onjuist begin of herbegin;

(c) het geven van een teken met de witte vlag bij een doelworp;

(d) het geven van een teken met de rode vlag bij een hoekworp;

(e) het geven van een teken met beide vlaggen bij een doelpunt;

(f) het geven van een teken met de rode vlag bij het onjuist terugkeren van een uitgesloten speler of onjuist in het speelveld komen van een vervanger.

(KNZB nr. 14 : Deze laatste taak is alleen van toepassing bij internationale wedstrijden.)

WP 10.3
Elke grensrechter is voorzien van een voorraad ballen en als de oorspronkelijke speelbal uit het speelveld raakt, gooit hij onmiddellijk een nieuwe bal naar de doelverdediger (voor een doelworp), naar de dichtstbijzijnde speler van de aanvallende ploeg (voor een hoekworp), of anderszins als aangegeven door de scheidsrechter.