Jodenbos van de kaart gehaald
Op de nieuwste uitgave van de kaart van de Sallandse Heuvelrug (april 2002) ontbreekt dit jaar voor het eerst de aanduiding 'Jodenbos'. Dit markante groene monument, dat vlak na de oorlog was aangeplant als postuum eerbetoon aan een groep joodse mannen, die dit perceel grond in 1942 diende te ontginnen, sierde ruim 50 jaar lang de heide op de Noetselerberg bij Nijverdal. Een aantal jaren geleden is dat Jodenbos gekapt. Maar met de verdwijning van de naam herinnert bijna niets meer aan het gedwongen verblijf van de bijna honderd joodse mannen uit voornamelijk Groningen en Amsterdam in het Nijverdalse werkkamp Twilhaar.
Enkele Nijverdallers zijn bezig te onderzoeken welke rol dit Rijkswerkkamp Twilhaar heeft gespeeld in het geheel van de deportaties van de Nederlandse joden. Ze weten inmiddels, dat in april 1942 de werkloze mannen, die in het kader van de werkverruiming tewerk waren gesteld in Twilhaar, plotseling werden weggezonden om in het kamp plaats te maken voor bijna 100 Amsterdamse joden, die op 25 april vanaf het Amstelstation naar Nijverdal zouden komen. Hoewel vele joodse jongens en mannen uit de hoofdstad op die zaterdag te werk werden gesteld in Overijsselse kampen als Molengoot (o.a. Flip Slier), De Vecht, Arriën en De Conrad is er die dag geen Amsterdammer in Twilhaar aangekomen.
De eerste groep joden, die daadwerkelijk in het Nijverdalse kamp werd geplaatst kwam uit Groningen. Op 10 juli 1942 verzamelden zich 850 joodse mannen op het station aldaar om per trein te worden afgevoerd naar werkkampen als Twilhaar bij Nijverdal en onder andere Kloosterhaar, Balderhaar, Het Wijde Gat en De Fledders.
Toch denken de Nijverdallers, dat er naast de Groningers wel degelijk ook Amsterdammers in kamp Twilhaar hebben gezeten. Als op 2 oktober 1942 het kamp wordt ontruimd en de joodse mannen door het dorp over de Grotestraat in de richting van het station lopen, om te worden afgevoerd naar Westerbork, worden enkelen van hen herkend.
Een middenstander ontdekt tussen de groep joden een vertegenwoordiger uit Amsterdam, die zo'n twee, drie keer per jaar zijn winkel bezoekt. Ze zwaaien. Een andere middenstander herkent een medewerker van de firma Boerma, een groothandel in porselein, uit de Warmoesstraat. En één van de joodse mannen weet te ontvluchten, de Amsterdammer Barend Zomerplaag.
De Nijverdallers hebben zich wat betreft het onderzoek naar het werkkamp twee doelen gesteld. Ten eerste zouden ze graag zien, dat er een herdenkingsteken zal verwijzen naar het gedwongen verblijf van mensen in Rijkswerkkamp Twilhaar. Het tweede doel is ondertussen toch wel geworden om alle verzamelde gegevens te verwerken tot een publicatie over dit Nijverdalse werkkamp, waarover geen letter in de plaatselijke geschiedenisboeken over de Tweede Wereldoorlog staat.
Veel Nijverdallers, die het werkkamp hebben gekend, zijn inmiddels geïnterviewd, maar van met name de joodse mannen, die er hebben gezeten, ontbreken de namen. De Nijverdallers hopen, dat wanneer lezers mensen herkennen op de groepsfoto, de stukjes van de legpuzzel meer en meer in elkaar zullen vallen. Het zou hun onderzoek een forse duw in de goede richting geven.
Om mensen meer informatie te bieden over de geschiedenis van het Nijverdalse werkkamp hebben zij een website geopend rond deze groepsfoto uit Twilhaar en worden vragen omtrent het onderzoek actueel gehouden.
|
|