Noot
van de redactie :
Op
het moment dat we on-line gaan op 23 september, nemen de
gebeurtenissen bliksemsnel plaats. De leiding van de Taliban wou
duidelijk enkel tijd winnen door de kwestie-Bin Laden door te spelen
naar een conferentie van Islamitische geestelijken, waarvan de datum
later verplaatst werd. De dreiging van een verwoestende Amerikaanse
aanval, die een verpletterende slag zou betekenen in het gezicht van
de Taliban, heeft hen logischerwijze doen nadenken. Nu zijn er
berichten dat er serieuze meningsverschillen zijn binnen hun rangen.
Er is één zijde voor een terugtrekking uit vrees voor de
Amerikaanse bedreiging, anderen houden het been stijf. Het verlies
van Pakistans steun zorgde voor een klap tegen het stuiptrekkende en
inherent onstabiele regime. Sommigen onder hen denken er al aan om
hun eigen vel te redden.
Zoals
alle berichten uit Afghanistan, past hier enige gereserveerdheid.
Het kan gewoon weer eens een manoeuvre zijn om tijd te winnen van
een regime dat op de rand van de afgrond staat en niet weet wat te
doen. Tezelfdertijd zijn er andere berichten van een opbouw in de
Perzische Golf van militaire krachten uit de VS. Dit zijn de enige
berichten waarin we onvoorwaardelijk geloven. De hele logica van
deze gebeurtenissen glijdt onhoudbaar in de richting van oorlog.
Lal
Khan, redacteur van het marxistsche blad Jeddo Judh (Klassenstrijd)
uit Pakistan, legt de achtergrond uit van de machtsgreep van de
Taliban, hun relatie met Westerse oliemaatschappijen, wie Bin Laden
is, en vertelt ten slotte over de stemming in Pakistan en de
effecten die een oorlog kan hebben op het Musharraf-regime.
De
donkere wolken van oorlog en vernietiging hangen boven Afghanistan
en Pakistan. Terwijl de tijd verdertikt maakt een sfeer van
onzekerheid, verwarring en grote angst zich meester van deze
verarmde samenlevingen. De dreiging van een imperialistische
agressie in de nasleep van de aanslagen In New York en Washington
hangt als een zwaard van Damocles boven de hoofden van de mensen.
De
spanningen worden groter in het grensgebied van Pakistan en
Afghanistan. Voor de eerste maal sinds de Taliban Kabul veroverde in
1996, hebben de militaire krachten in Pakistan en die van de Taliban
stelling ingenomen tegen elkaar. De grenstroepen van de Taliban
hebben 12.7 mm afweergeschut geplaatst dichtbij de grens met
Pakistan. De Pakistaanse paramilitaire troepen, de zgn. "Khyber-geweren"
die de Pakistani-Afghaanse grens bevolken in Torkham, hebben tevens
hun positie ingenomen. Arabische, Pakistaanse, Uzbekische en
Tajikische militanten in Afghanistan hebben Kabul verlaten en hun
posten ingenomen die voorheen bezet waren door de Mujahideen in
Khak-I- Jabbar, een dorp veertig kilometer ten zuiden van Kabul. De
Arabische Mujahideen hebben zich gevestigd in hun vroegere basissen
en hebben ze in samenwerking met de Taliban opnieuw geactiveerd.
De
groeiende spanning kon de heersende Taliban-elite echter niet
tegenhouden om hun families veilig weg te sturen naar Pakistan,
wegens de vrees voor aanvallen van de VS op Afghanistan. De gewone
mensen echter in Kabul lijden hier erg onder evenals de mensen uit
andere dorpen en steden verwoest door oorlogen, droogte, armoede,
honger en onderdrukking. Deze imperialistische agressie is weer eens
een nieuwe episode van horror die de verworpenen der aarde zullen
moeten ondergaan.
Uit
een totale bevolking van 23 miljoen mensen, is meer dan een miljoen
omgekomen in het conflict van de laatste twee decennia. Vijf miljoen
onder hen kwijnen weg in de vluchtelingenkampen en in het platteland
van Iran en Pakistan. Ten gevolge van deze nieuwe dreiging van de VS
steken zo'n 4000 Afghanen de grens over naar Pakistan, ondanks het
feit dat deze officieel afgesloten is.
De
gemiddelde leeftijd in Afghanistan is 43 jaar. Los van een miniem
aantal uit de heersende kliek, die talloze privileges heeft, heeft
de overgrote meerderheid van Afghanen geen toegang tot de meest
elementaire hygiëne, ziekenzorg, drinkbaar water en andere
basisfaciliteiten. De alfabetiseringsgraad is gedaald tot onder de
25 procent. Er zijn 200.000 weduwes in Kabul aan wie het verboden is
buiten te komen, waardoor ze niet kunnen werken. Ze hebben geen
ander inkomen of andere middelen om te overleven. Meisjes worden
afgesloten van scholen en educatie. Er is nooit een spoorweg geweest
in Afghanistan, dat een van de ruwste landschappen ter wereld heeft.
Afghanistan is ook het land waar het meest mijnen liggen. Bij een
Amerikaanse aanval zullen degenen die zullen lijden zoals steeds
vooral de armen en zwakkeren zijn. De prijzen gaan al omhoog in
Kabul. De benzineprijs is gestegen met 20 procent in amper drie
dagen.
De
reactionaire impact van de terroristische aanslagen heeft ook de
meedogenloze en gewelddadige aard van de Amerikaanse staat
blootgelegd. Deze reactionaire braspartij -- er is niet eens een
onomstotelijk bewijs van Osama Bin Ladens rol --
resulteert in een beslotenheid Afghanistan te verwoesten. Dit
is echter niet de Golfoorlog, met als doelwitten versterkte bunkers,
fabrieken, bruggen en paleizen van Saddam Hussein. Afghanistan kan
niet terug gebombardeerd worden naar het pre-industriële tijdperk,
omdat het zich al in een dergelijke toestand bevindt. De weinige
infrastructuur die Afghanistan had voordat het afgleed in politieke
chaos, is sindsdien van de kaart geveegd. Zelfs de wegen zijn
vernietigd.
De
Amerikaanse aanval zal aanvankelijk komen van luchtbombardementen en
raketten van hun oorlogsschepen in de Golf. Grootschalige
tapijtbombardementen zullen Afghanistan nog verder verwoesten, mocht
dat nog mogelijk zijn. De belangrijkste militaire aanvallen zouden
gericht zijn tot het hoofdkwartier van de Taliban in Kandhar,
regerings- en Arabische residenties in Kabul, enkele
regeringsgerelateerde structuren in Jalalabad en 18 luchthavens en
bruggen in de grotere steden van Afghanistan. De troepen van de VS
hebben een enorm aanbod aan wapens, gaande van de zgn. "smart
bombs" (slimme bommen) tot Tomahawkkruisraketten, evenals meer
conventionele precisiebommen die gedropt worden uit vliegtuigen op
grote hoogte, met als bedoeling de grond gelijk te maken voordat
enige activiteit van grondtroepen kan plaatsgrijpen.
Deze
‘lamgeslagen’ doelwitten zouden dan aangevallen worden door
commando-eenheden die snel kunnen toeslaan en zich direct daarna
kunnen terugtrekken. Na de luchtaanvallen tegen Afghanistan zouden
de daaropvolgende grondaanvallen uitgevoerd worden door speciale
VS-troepen, de marine en luchteenheden uit de divisies 82 en 101 van
het Amerikaanse leger. Het valt niet uit te sluiten dat het
Pakistaanse leger SSG (Special Services Group; commando-eenheden) --
die gezamenlijke oefeningen hebben uitgevoerd met de divisies 82 en
101 van het Amerikaanse leger -- opgedragen wordt om de klus te
klaren. Overigens komt generaal Pervaiz Musharraf uit deze tak van
het Pakistaanse leger.
De
Verenigde Staten hebben 25.000 militairen op schepen of op het land
in de regio van de Perzische Golf. Twee vliegdekschipeenheden, elk
met 75 oorlogsvliegtuigen en tien tot twintig schepen elk, bevinden
zich ook in de regio. De USS Enterprise en de USS Carl Vinson zullen
hoogst waarschijnlijk eveneens gebruikt worden indien de VS
beslissen een raid uit te voeren op Afghanistan.
Hoewel
de sociale en fysieke infrastructuur in Afghanistan volledig aan
flarden is gescheurd, hebben de Taliban niettemin een relatief groot
militair arsenaal van redelijke kwaliteit. Vorig jaar bleek op de
militaire parade in Kabul dat de Taliban nog steeds over ten minste
50 van de zgn. “shoulder fired US stinger missiles” (een van de
meest effectieve luchtafweergeschutraketten) beschikken. De militie
heeft tevens een onbekend aantal overgebleven Sovjet T-59 en T-55
tanks. Ze hebben ook artilleriegeweren (kaliber 130-155), naast 122
en 107 raketten. Het leger van de Taliban is uitgerust met enkele
M1-helikopters en luchtafweergeweren. Ze hebben ten slotte ook nog
een groot arsenaal aan anti-tankraketten.
Hoewel
dit arsenaal niet op kan tegen de kolossale militaire macht van de
Verenigde Staten, zal het nog steeds geen makkelijke operatie worden
voor de Amerikanen. De VS zullen zeker een directe militaire
confrontatie (de conventionele oorlogsvoering) vermijden. Maar zelfs
een “hit-and-run”-operatie zal niet kunnen plaatsvinden zonder
slachtoffers, waardoor een daaropvolgende doorgedreven
guerrillaoorlog tot de mogelijkheden behoort. Ironisch genoeg zijn
het de Amerikanen zelf die de meeste militaire strategen van de
Taliban opgeleid hebben in deze guerrillatactieken. Osama Bin Laden
werd in de late jaren ’70 of vroeg in de jaren ’80 gerekruteerd
door Turki Al Faisal, de chef van de Saudische geheime dienst, samen
met Gulbadin Hekmatyar, de favoriet van de CIA en een marionet van
Jamaat-e-Islami van Pakistan. Bin Laden werd in dienst van de CIA de
hoofdorganisator van de staatsgreep tegen de linkse regering in het
Afghanistan van de jaren ’80. Sinds de val van de
Najibullah-regering in Kabul hebben rivaliserende Islamitische
facties een chaos gecreëerd die de belangen in gevaar bracht van
degenen die de zogenaamde Afghaanse Jihad sponsorden. Jihad (heilige
oorlog) was een term die al bijna 1000 jaar niet meer gebruikt wordt
sinds de 10e eeuw n. Chr. Deze benaming werd weer leven
ingeblazen door het VS-imperialisme in de tweede helft van de 19e
eeuw, samen met alle andere last van het Islamitische
fundamentalisme.
Tijdens
de anarchie die heerste in het post-“communistische” Afghanistan
(en zich verspreidde naar Pakistan), begon de CIA samen met het ISI
(Inter Services Intelligence) de Taliban te ondersteunen in 1994.
Ironisch genoeg gebeurde dit tijdens het zogezegde progressieve
regime in Pakistan van Benazir Bhutto. De financiële steun voor
deze operatie – los van Saudi Arabië en de CIA – kwam
voornamelijk van UNOCAL en de grote VS-olieconglomeraten. Deze
hadden hun eigen onvervreemdbare belangen om olie- en
gaspijpleidingen te krijgen van Centraal-Aziatische republieken (voornamelijk
Turkmenistan) doorheen Afghanistan tot aan de warme wateren van de
Arabische Zee. De deal werd gesloten onder het toezicht van de
toenmalige Amerikaanse vice-minister van Buitenlandse Zaken Robyn
Raphael. Een andere, oudere VS-bureaucraat op het ministerie van
Buitenlandse Zaken, Robert Oakley, werd een van de bestuurders van
UNICOL, ten gevolge van zijn ervaring in de regio. De ISI overtuigde
ook de militaire vleugel van de PDPA (People’s Democratic Party of
Afghanistan), geleid door Shahnawaz Tanai om
zich aan te sluiten bij de Taliban en gebruikte hun piloten om te
vliegen met MIG 23-toestellen en Sakoi machines (van wat nog
overbleef aan Afghaanse luchtmacht) en tevens om gesofistikeerde
Russische tanks te besturen.
De
Taliban veroverde Kabul in 1996. Dertig miljoen VS-dollar werden
betaald door UNICOL, alleen al voor de voltooiing van deze operatie.
De Amerikanen waren niet in de geringste mate verontrust over de
meedogenloze en barbaarse gewelddaden uitgevoerd door de Taliban op
het arme Afghaanse volk. Klachten over de harde repressie van
vrouwen door deze monsters waren niet te horen van deze dames en
heren. Nadat de Taliban aan de macht gekomen was, begon deze te
onderhandelen met verschillende oliemultinationals die probeerden om
deals met hen uit de brand te slepen over olie- en gaspijpleidingen.
In 1997 zond de Taliban twee delegaties naar de twee concurrerende
bieders, UNICOL en Bridas (een Argentijnse oliegigant), naar Texas
en Buenos Aires. In het hoofdkwartier van Bridas in Buenos Aires
werd aan het vrouwelijke personeel gevraagd om geen rokken te dragen,
maar wel een lange broek en om het hoofd te bedekken met een sjerp.
Gelijkaardige instructies werden gegeven in Texas. De Taliban hield
beide partijen echter voor de gek: ze namen alle privileges, maar
braken later simpelweg de deal.
De
Pakistani dictatuur heeft enorm geprofiteerd van de door de VS
gesponsorde oorlog in Afghanistan tijdens de jaren ’80. Niet
alleen kregen ze economische privileges om hun regime te
stabiliseren, ook stalen ze grote delen van de financiële hulp en
wapens bestemd voor Islamitische fundamentalistische groeperingen
tijdens de contrarevolutionaire staatsgreep in Afghanistan. De
generaals verdienden miljarden door hun rol in de grootste geheime
operatie ooit gelanceerd door de CIA. Het IMF en de Wereldbank gaven
enorme lonen om de economie te beheren. De generaals zetten hun
waanzinnig hoge inkomens opzij in Europese en Amerikaanse banken.
Het leger en de ISI verbonden zich niet enkel aan plunderingen van
het oorlogsgeld, maar ook aan een samenspanning met de CIA in
drugshandel. Hiermee verdienden ze nog meer miljoenen. Voor Pakistan
echter zijn de kippen nu op stok gegaan.
Aanvankelijk
creëerde de CIA de ISI. Tot nu toe was de ISI de voornaamste
architect van deze Islamitische terreurorganisaties. Na de val van
de Sovjetunie en het vertrek van de Russische troepen uit
Afghanistan, is dit operatiegebied verdwenen van het
prioriteitenlijstje van het buitenlands beleid van de VS. De financiële
hulp droogde op en de VS probeerde nu de “operaties” van hun
eigen creaturen te stoppen. Maar de geest was uit de fles gekomen.
Een conflict tussen de boze maker enerzijds en zijn bedreigende
creaties anderzijds, werd onvermijdelijk. Het is precies dit wat er
voor zorgde dat Osama Bin Laden zich keerde tegen “de tweede
Satan”, zijn eigen leraar, de VS.
De
Taliban profiteerde ook van Osama’s onmetelijke fortuin, zijn
trainingskampen en zijn terroristische organisatie AL-Qaeda, met
meer dan 13.000 fanatici in zijn rangen. Mullah Omer, de
zelfverklaarde Kalief en “leider van de moslimwereld” had een
nauwe relatie met Osama Bin Laden tijdens diens kruistocht. De
eenogige Mullah Omer en Bin Laden worden ook verondersteld verwant
te zijn door een huwelijk. De laatste gunst die Bin Laden bracht aan
Mullah Omer was de moord op Ahmed Shah Masood, de meest fervente
aartsvijand van Omer. Er zijn verschillende andere verplichtingen
van Bin Laden aan Mullah Omer. Dit betekent dat de kansen dat Mullah
Omer Bin Laden overhandigt aan het Westen, miniem zijn. Hij zal zich
zelfs verzetten tegen de facties binnenin de Taliban die Osama
zouden willen overhandigen en het gevaar zo willen ontwijken. Omars
huis werd vroeger al gebombardeerd en er zijn veel bewijzen voor de
zich verspreidende conflicten tussen de facties die zich voordoen
binnen de leiding van de Taliban. De huidige crisis zal de
tegenstellingen verscherpen.
In
al deze zaken bevindt het Pakistaanse regime zich echter in de meest
benarde positie. Ondanks zijn status als nucleaire macht davert het
regime op zijn grondvesten. De VS-aanval op Afghanistan kan
ontzettende gevolgen hebben voor Pakistan. De economie is een
puinhoop. Bovendien hebben de sancties van de VS de Pakistaanse
economie verder verzwakt. De groei is gedaald van een jaarlijks
gemiddelde van 6,9 procent in de jaren ’80, en 4 procent in de
jaren ’90, tot ongeveer 2,1 procent in de laatste twee jaar.
Pakistan zou nalatig geweest zijn, indien het IMF de schuld van het
land niet herzien zou hebben in de laatste paar maanden. De nieuwe
leningen zetten het proces van permanente schuldafbetalingen echter
gewoon verder. Er liggen geen nieuwe grote projecten in het
verschiet.
Een
groot deel van de Pakistaanse heersende klasse staat positief
tegenover de openlijke onderwerping aan het Amerikaanse imperialisme.
Sommigen praten over een mogelijke schuldverlichting door volmondige
gehoorzaamheid aan de dictaten van de VS. Voor de meeste generaals,
topbureaucraten, rechters en andere leden van de elite, staan enorme
persoonlijke belangen op het spel. Volgens één verslag hebben 28
individuen uit de Pakistaanse elite financiële activa die 82
miljoen dollar waard zijn in het Westen. Pakistan heeft een totale
buitenlandse schuld van 39,2 miljard dollar en 40,4 miljard dollar
aan binnenlandse schuld. Het geeft 65,5 procent van zijn budget uit
aan schuldaflossing en rond de 40 procent aan militaire uitgaven.
Elk economisch jaar in Pakistan begint voor het regime in het rood.
Het BNP is gedaald tot 67 miljard dollar in de laatste paar jaar. Op
deze manier staat de buit van de generaals op het spel als ze
ongehoorzaam durven zijn aan het VS-imperialisme
In
geval van een aanval op Afghanistan zou Pakistan ook te maken kunnen
krijgen met narigheid. Het verwachte gebruik van de Pakistaanse
luchtruimte door de VS-strijdkrachten is in de eerste plaats bedoeld
om de aandacht te trekken van Pakistaanse militaire strategen, die
verwachten dat er een uitgebreid beroep zal worden gedaan op de
luchtmacht van de VS, met inbegrip van Tomahawkkruisraketten, slimme
bommen en B-52 bommen. Dit luchtarsenaal zal hoogstwaarschijnlijk
over het Pakistaanse luchtruim vliegen. De dictatuur is ten volle
bereid om de inbreuk in hun luchtruim te negeren, maar het regime is
uitermate bezorgd over mogelijke luchtaanvallen, aangezien vele van
de gevoelige Pakistaanse nucleaire uitrusting zich bevindt onder de
doorgang die wellicht gebruikt zal worden door de VS en andere
geallieerde strijdkrachten.
Ambtenaren
hebben gezegd dat Pakistan het zich niet kan veroorloven om
mogelijke technische fouten van het luchtarsenaal toe te laten,
zeker wanneer er vliegtuigen zullen vliegen over de nucleaire
installaties van het land, die gelegen zijn op verschillende geheime
locaties. De bombardementen op de melkpoederfabriek in Baghdad
tijdens de Golfoorlog en deze op de Chinese ambassade in Belgrado,
spreken boekdelen wat betreft de precisie en accuraatheid van deze
“slimme” bommen.
Pakistans
wanhopige inspanningen om de Taliban te overtuigen om soepel te zijn
en Osama te overhandigen, tonen het dilemma aan waarmee de staat
geconfronteerd wordt. Eigenlijk wordt de staat nu gevraagd om
precies die organisaties te ontwapenen en te vernietigen, die het
creëerde en waarmee het op dit moment in nauw contact staat.
Generaal Mehmood Ahmed, het hoofd van de ISI, leidde de delegatie
die gezonden werd naar Kandhar voor een ontmoeting met de
Talibanelite. Overigens was hij in de Verenigde Staten op het moment
van de aanslagen op het WTC en het Pentagon. Het is een publiek
geheim dat hij een bolwassing kreeg van zijn bazen in Amerika. Het
is echter een raadsel dat onmogelijk door de ISI en de Pakistaanse
staat opgelost kan worden. Deze situatie zorgt voor enorme druk op
de reeds gespannen relaties tussen de verschillende facties van de
staat. Niettemin zijn de meeste generaals “verenigd” ondanks de
diepe wederzijdse haat en belangenvermenging (plunderingen),
voornamelijk omdat ze zien dat ze maar kunnen overleven door zich
vast te klampen aan dit laatste bolwerk van een rottend
staatsapparaat. Toch kan een coup tegen Musharraf en zijn pro-VS
cohorten niet volledig uitgesloten worden. Maar zelfs als er geen
succesvolle staatsgreep plaatsvindt, is de veiligheid van Musharraf
en zijn kliek in groot gevaar. De bevelhebbers in het Pakistaanse
leger, gecreëerd door de Britten, hebben een zodanige macht, dat
het risico op een militaire coup vanuit de relatief lagere rangen
miniem is. De wrevel bij de jongere officieren en rangen is echter
enorm. Dit zal nog verergeren bij een aanval van de VS op
Afghanistan.
De
dreiging van de Taliban aan het adres van Pakistan, geuit bij monde
van hun ambassadeur, Mullah Abdus Salam Zaeef, om eender welk land
uit de buurt binnen te vallen dat zijn basissen beschikbaar stelt
aan de Amerikanen, wordt ernstig genomen door het regime.
Pakistaanse
ambtenaren geloven ook dat er een reëel gevaar bestaat van sectair
terrorisme ten gevolge van de aanvallen, omdat het Talibanregime
doorgaat met het onderbrengen van enkele van de meest gezochte
sectaire criminelen uit Pakistan. Een ander gevaar waarop het regime
zich voorbereidt is willekeurig terrorisme in de trant van hetgeen
Pakistan ondergaan heeft, komende uit Afghanistan in de jaren ’80
en ’90. Pakistan zal moeten omgaan met de terugslag van het
inferno dat Afghanistan zal worden wanneer de militaire operatie van
de VS begint.
Hoewel
de traditionele politieke partijen, intellectuelen, journalisten en
andere secties van de heersende laag in overeenstemming zijn met de
dictaten van de VS, is de situatie aan de basis helemaal anders. Op
dit moment zijn er enkel sporadische demonstraties geweest en heeft
de anti-Amerikaanse beweging nog geen massabasis gekregen. Dat zou
wel eens snel kunnen veranderen.
Nu
zijn de meest getrouwen van de “verdediging van Afghanistan” de
fundamentalisten en de Islamitische partijen. De grootste steun voor
deze reactionaire elementen en voor de Taliban komt van de
“Madrassas” of de religieuze seminaries verspreid over het ganse
land. Vooral jonge studenten van vijf tot vijftien jaar gaan naar
deze seminaries omdat hun ouders hen niet kunnen voeden, kleden of
opvoeden. 's Nachts zijn ze gekluisterd in boeien, leven ze in
erbarmelijke omstandigheden en worden ze geïndoctrineerd in
fanatisme en religieuze dweepzucht. De barons van het zwarte geld en
de drugsmaffia, die nauwe banden onderhouden met de Taliban en de
Islamitische fundamentalisten, zijn degene die deze seminaries
financieren. Er zijn 5900 seminaries verspreid over het hele land,
waarnaar zo’n 500.000 religieuze studenten gaan. De Taliban zelf
komen voornamelijk uit Madrassas (seminaries) op de grens van
Afghanistan en Pakistan, vooral in Baluchistan en de Noord-Westgrens.
Ze bevoorraden ook fundamentalistische dwepers voor de conflicten in
Kashmir, Tsjetsjenië en elders. Op dezelfde manier zijn er zo’n
10.000 Arabische “afgestudeerden” uit gelijkaardige instituties
die horen bij de Taliban in Afghanistan. Bin laden is de voornaamste
coördinator van dat deel van de werking.
Los
van de fundamentalisten is er onder de bevolking over het algemeen
een ziedende afkeer en haat voor de Verenigde Staten. De banden met
het IMF en de extreme uitbuiting die doorgevoerd wordt door het
VS-imperialisme is duidelijk, zelfs voor de meest afgelegen
landbouwer in Pakistan. Er was een algemeen gevoel van blijdschap
onder brede lagen van de bevolking naar aanleiding van de aanval op
het WTC en het Pentagon.
Eens
de agressie begint zal de anti-Amerikaanse beweging beginnen
uitbreiden en een massabasis verwerven. Hoe breder en groter ze
wordt, hoe zwakker de controle van het Islamitische fundamentalisme
zal worden. Of Osama Bin Laden aangehouden wordt of niet, vast staat
dat de aanval van de VS een zodanige sociale onrust zal veroorzaken
dat deze niet te controleren zal blijken voor het huidige militaire
regime. Een aantal scenario’s zijn mogelijk. Er kan een andere
militaire heerser aantreden, maar ook een nieuwe gezichtsverandering
met een burgerlijke marionet, alsook harde repressie.
De
snelle economische neergang en de sociale en politieke omwentelingen
die uit de provocatie zullen voortvloeien, zullen een zeer
gevaarlijke situatie creëren voor de staat en het bestaande systeem.
In ieder geval, de grootste slachtoffers van de operatie van de VS
zullen de armen, onschuldigen en zwakken zijn, die niets te maken
hebben met terrorisme, zowel in Afghanistan als in Pakistan.
Daarom
moeten marxisten en de arbeidersklasse van Pakistan zich vurig
verzetten tegen de agressie van de VS. De leiding van de PPP
(Pakistan Peoples Party), de voornaamste massapartij in Pakistan,
speelt weer eens een verraderlijke rol. Tijdens de laatste lokale
verkiezingen vormden ze allianties met Islamitische partijen. Toen
diezelfde Jamaat-e-Islami een congres voor alle partijen samenriep
om de dreigende aanval op Afghanistan te bediscussiëren, weigerde
de PPP-leiding om deel te nemen onder het voorwendsel dat “er
anti-Amerikaanse praat zal zijn, daarom kunnen we niet deelnemen aan
een dergelijke conferentie”. Dit heeft de situatie voor de
arbeiders en de jeugd gecompliceerder en verwarrend gemaakt. Eens de
beweging echter uitbarst en de arbeidersklasse begint te strijden,
zal de hele aard van de beweging veranderen. Een revolutionair
programma en slogans zullen een massabasis verwerven en een
duidelijke richting geven aan de beweging.
De
imperialistische agressie van de VS moet veroordeeld worden, maar
ook terrorisme en Islamitisch fundamentalisme, vertegenwoordigd door
het monsterlijke Talibanregime en andere Islamitische organisaties.
Een onafhankelijke klassepositie moet vooropgesteld worden met een
duidelijk revolutionair programma en strategie.
Een
van de fundamentalistische legergeneraals Hameed Gul merkte een paar
maanden geleden sarcastisch op: “In het verleden noemden degenen
die pro-Moskou waren zichzelf progressief, nu noemen degene die
pro-Washington zijn zichzelf progressief”.
De
werkelijkheid is dat, in dit tijdperk van kapitalistisch verval,
Islamitisch fundamentalisme en het VS-imperialisme twee zijden van
dezelfde medaille zijn. Deze Islamitische fundamentalisten enerzijds
en de pro-Westerse NGO’s en politici anderzijds, zijn het product
van dit rottende systeem, wiens economische crisis weerspiegeld
wordt in zijn sociale, politieke en culturele verval en decadentie.
Zolang het kapitalisme deze planeet blijft domineren, zal de gruwel
van imperialistische agressie en fundamentalistisch terrorisme de
mensheid blijven kwellen en traumatiseren. De enige weg uit deze
ellende, dit lijden en deze barbarij is de omverwerping van het
kapitalisme door de socialistische revolutie.