Tight Lines Web Editie
Tight Lines Web Editie

Tight Lines Juni 2002


Home
Introductie
Deze editie
Voorgaande edities
Tips van Ted
Onze bindpatronen
Contact
 




Kopij naar: w.gaalen@planet.nl

Copyright © 2003 [Weight-Forward]

"De Nationale Leugenkrant" door Albert van Dalfsen

Beste bezoeker,

Op 13-4-2002 stond in Leugenkrant "de Telegraaf"een stuk als zouden vliegvissers eidereenden scalperen om de kopveertjes te kunnen gebruiken voor het binden van speciale vliegen. Wetende dat de gemiddelde vliegvisser alles doet om (op legale wijze) aan de spullen te komen die nodig zijn voor het binden van een speciale vlieg lijkt dit stuk voor een heleboel mensen aannemelijk.

Zo ook voor een heleboel vliegvissers heb ik ondertussen vernomen. Maar wat is in werkelijkheid het geval? De gescalpeerde vogels bleken bijna allemaal vrouwtjes te zijn. In het voorjaar gaan ook bij eidereenden de hormonen opspelen en hebben ook de eidereenden last van voortplantingsdrang. En wat gebeurt er bij deze daad door de mannetjes, juist zij houden zich met hun snavel vast aan de kop van het vrouwtje.
Normaliter is dit geen probleem. De vrouwtjes verliezen een paar van die hééééél kleine kopveertjes (er is echt niet mee te binden, hooguit op een maatje 30-32) Die veertjes groeien wel weer aan. En er verzuipen een paar minder sterke eidereenden dankzij de enorme inspanningen van hun wisselende partners. Alleen is er de afgelopen jaren iets anders aan de gang.
Door overbevissing van de Waddenzee door de oester en kokkelvissers (dus weer onze vrienden de beroepsvissers) is de conditie van de eidereend dramatisch achteruit gegaan. De eidereend is namelijk voor zijn voedsel vooral aangewezen op kokkels. Door de slechte conditie van de vogels gaat het vel heel erg los zitten en juist tijdens de paring, wanneer de vogels juist een goede conditie dienen te hebben, wordt dit de vrouwtjeseidereend noodlottig, omdat zij door voedingstekorten los in hun vel komen te zitten. Omdat ook op de kop het vel zeer los zit en het mannetje het vrouwtje de kop zeer strak vast houdt krijg je het scalpeer effect. Omdat er de laatste tijd door de diverse Hengelsportorganisaties nogal sterk was gereageerd richting de beroepsvisserij omtrent de "Beleidsbeslissing Schubvisserij" en deze organisaties een voorlopig redelijk resultaat hadden gehaald ligt het nogal voor de hand uit welke hoek deze berichtgeving is komen aanwaaien.

En bij een krant die regelmatig heeft bewezen niet al te veel waarde te hechten aan gedegen onderzoek is het dan goed aankloppen met een smeuïg verhaal.
Ik wil iedereen dan ook verzoeken binnen hun kennissen /familie / sportvrienden / kring het juiste verhaal te vertellen.

Albert

P.S. Het biologische verhaal komt niet uit mijn koker, zo knap ben ik niet op dat terrein, maar is door een erkend Drs. "Biologie" onderzocht. Naam en functie van mijn zegsman zijn bij mij bekend. De VNV heeft wel besloten dat mocht er ook maar één lid zijn die zich te buiten gaat aan vergelijkbare praktijken, zoals in de Telegraaf genoemd, deze met onmiddellijke ingang wordt geroyeerd als lid van de VNV.

 

Omeer? door Wim Brummer


Als ik donderdag mijn collega's Ger van Oenen en Rob Verbarendse spreek, kom ik er achter wat nu Omeer betekent. Omeer staat in mijn agenda op zondag de 24 ste maart. Ik had het al een paar keer gelezen maar er ging bij mij geen bel rinkelen. Totdat ik van Ger en Rob begreep dat we met wat clubleden naar het Oostvoornsemeer zouden gaan. Dus dat betekende Omeer. Zondag de 24 ste maart vissen met de club!! Nou daar had ik wel zijn in.

Het was alweer een tijdje geleden dat ik naar Oostvoorne ben gereden. En het is nu soms een beetje kwakkeltijd voor het vliegvissen in de polders. Het is vaak weer om te gaan snoeken, met veel wind en donkere luchten, maar dat mag nu niet meer en ik ben zo iemand die het dan dus ook niet doet, nou ja 1 weekendje extra misschien, maar meer echt niet. Het alternatief is dus vissen met nimf of droge vlieg. Ik geloof niet zo in droge vliegen rond deze tijd, hoewel, als je geduld hebt, vang je ze waarschijnlijk nog ook. Voor mij blijft dan over vissen met een nimfje. Natuurlijk is vissen met een nimfje een pracht sport maar met veel wind en erg koud kan het taai vissen zijn. Als je dan niet weet waar de vis zit, kan het zelfs gebeuren dat je niets vangt. En die vaste plekken die je kent, beginnen een beetje te vervelen. Ik had vorige week al een hele zondagochtend besteed aan het zoeken naar nieuwe plekken waar voorn kon zitten en niet gevonden. Wel karper trouwens maar dat is een ander verhaal. Die probeer ik in mei nog wel eens.

Dus ik had wel zin om mee te gaan. De dingen die ik in het weekend moest doen, konden gelukkig ook op zaterdag gedaan worden, dus ik had de beschikking over een hele ochtend. 'We willen wat vroeger dan de rest gaan, er al zijn als de zon opkomt, dan heb je de meeste kans"' zeiden Rob en Ger. "En hoe laat is dat dan ongeveer", vroeg ik."Nou we willen om half zes wel gaan rijden". Dat is vroeg op de zondag mensen, heel erg vroeg. Zaterdagavond is nou niet bepaald een avond dat je om 23.00 uur al in bed ligt. "We hebben afgesproken bij de Stormvogel, want bij de loswal is de vis nu erg aan het paaien". We gingen dus ook ergens heen, waar ik meestal niet kwam. Ik ga altijd naar de loswal. En dat paaien?, was dat nu nog niet over ? Daar heb ik slechte herinneringen aan. Overal rode vissen om je heen, echt heel dichtbij. Je gooit je rot naar elke rode schim maar je vangt niets, maar dan ook helemaal niets, tenminste ik niet. Het lijkt een hele tijd erg spannend, want je ziet echt grote vis, maar uiteindelijk is het heel frustrerend. Zelfs vals haken wordt dan een optie.
"De rest komt wat later, en neem je bellyboat mee", "da's goed", zei ik en wie gaan er nog meer. "In ieder geval Harry Jansen". Dus we waren in goed gezelschap. Zaterdagmiddag de vliegendoos nog even bekeken en wat extra gebonden. Een paar nimfjes van grove groengrijze dubbing, verzwaard en onverzwaard, wat vlokreeftjes van het zelfde maar dan met een glimmend schildje. Ik was van plan droog te vissen. Ik had op internet gelezen dat er droog (met een nimfje) al werd gevangen.
Zaterdagavond niet teveel gedronken en om 00.30 uur moeders alleen gelaten en naar bed gegaan. Uiteraard stond de gang vol met hengels, waadpak, bellyboat, flippers, 2 hengels, vliegvisvest, extra sokken, warmtepak, sjaal, regenjasje, thermosflessen, telefoontje, portemonnee, rijbewijs, en nog wat spulletjes. En ik zeg altijd tegen mensen dat ik vliegvissen zo leuk vind omdat je zo lekker weinig nodig hebt, je pakt je vliegvestje je hengel en wegwezen. Heel wat anders dan die "gewone"vissers, met hengels, tuigen ,leefnet, voer, stoel, steunen, en nog wat spulletjes. Toch de wekker maar gezet op 05.20 uur. En er ook uitgegaan toen die afliep. Snel koppie thee, soep warm gemaakt en alles ingeladen. Natuurlijk eerst de ruiten krabben want het had nog gevroren ook, alles was wit.

Met mijn slaapkop uit macht der gewoonte de Utrechtsebaan ingereden in plaats van richting Rotterdam maar eenmaal weer op de goede weg werd ik goed wakker en was ik snel bij Oostvoorne. Op de parallelweg langs het meer zag ik 3 reeën oversteken. Overstekend wild dus, mooi gezicht en ik was blij dat ik niet zo hard reed.

Ger, Rob en Harry waren er al. Ze waren er al een half uur maar het schoot niet op. Ze stonden nog wat te klooien met luchtpompen, koffie, en hengels.. Bart kwam ook nog samen met zijn vliegvissende buurman en volgens mij heb ik Peter van der Burg ook nog gezien( of rijden er meer mensen in zo een mooie grijze Opel Safira) Om 07.15 uur dobberde ik achter Rob en Ger aan. Tussen de hoogspanningsmasten kwam een enorme oranjerode zon omhoog, het feest kon beginnen. Het was al druk, veel, naar later bleek Fransmannen, waren aan het vissen op de dammetjes . Er was nog heel weinig wind en ik ben heel langzaam naar de hoogspanningsmasten gedobberd. Ik viste drijvend met een nimfje en een visachtig dingetje (mag dat daar eigenlijk met twee dingetjes tegelijk vissen ?) Nou het maakte niet uit, bleek later. Rustig langs de dammetjes dobberend heb ik 2 maal achterelkaar vastgezeten (dus zo drijvend was drijvend niet met een leader van een meter of vier) . De derde keer bewoog de steen en sprong zelfs boven water uit. Helaas los, het was geen hele grote maar toch. Daarna nog gevoeld dat ze waarschijnlijk in het staartje van mij visachtig dingetje beten , je voelde ze knabbelen. Daarna niets meer gevoeld. Ger en Rob hadden meer geluk, die hadden er elke 2 en nog wat missers. Op de boobie's , gele boobie's voor degenen die geïnteresseerd zijn.

Na een uurtje dobberen had ik steenkoude tenen en moest ik vreselijk pissen. Wat is een bellyboat dan een gedoe. Je stelt het zo lang mogelijk uit maar je moet toch een keer. Dus naar een dammetje varen, proberen te gaan staan met die grote gladde flippers op nog gladdere stenen, je bellyboat vasthouden (want als die wegdrijft .....) jezelf een klap op je kont geven in de hoop dat er aan de voorkant wat uitschiet en dan eindelijk nadat je allerlei kleren hebt laten zakken kun je pissen. Dat is dan bijna net zo lekker als klaarkomen. Het gekletter was een heerlijk geluid, totdat ik me realiseerde dat ik geen gekletter meer hoorde, sta je dus toch in je waadpak te pissen, had ik net zo goed kunnen blijven zitten.
Om ongeveer 10.30 uur waren we allemaal weer terug bij de auto en hebben we nog wat staan napraten en wat gedronken. Het was inmiddels ontzettend druk geworden. Heel veel duikers, het zag er zwart van. Die hebben trouwens net zo veel zooi bij zich als wij, auto's vol.
En allemaal verhalen tegen elkaar "heb jij ook die grote forellen gezien?". Ze zitten er dus echt wel en ook veel, alleen we vangen ze niet zo. Het is ook wel een erg groot meer. Volgens mij is het zo dat wanneer je een vis tegenkomt dan vang je die, ongeacht waar je mee vist.
Rob had teveel krentenbollen dus die hebben we gedeeld. Er liep een hondje van een van de duikers te bedelen, die gaf ik een stukje. Dat viel in de smaak, want vervolgens jatte dat hondje de krentenbol van Harry uit zijn hand, hap zei die en weg was de bol. Tussen de zich aan- en uitkledende duikers en duikeressen hebben we nog wat staan ouwehoeren. Ger, Rob en Harry vertrokken. Ik heb nog een half uurtje staan gooien met een zinkende lijn en een gele booby, je weet maar nooit. Toen ik meer kans had om een duiker te haken dan een forel heb ik ook maar ingepakt. Al met al niets gevangen. Maar het was wel leuk. Het blijft een gigantisch meer met goede forel en je weet het maar nooit. Misschien volgende keer toch weer zinkend en met een gele booby ?

Wim Brummer