KAREL'S CHEESE HOUSE


61. De uiensnijder
Een man komt bij de dokter. Hij vertelt: "Ik werk nu al jarenlang in een groentefabriek. Maar ik heb de laatste tijd steeds de neiging om mijn broek te laten zakken en mijn lul in de uiensnijder te stoppen." "Oooh, dat is levensgevaarlijk," zegt de dokter: "ik zal u een pilletje voorschrijven. Elke keer als u die aanvechting krijgt, moet u zo'n pilletje nemen. Dat kalmeert." Veertien dagen later komt die man weer bij de dokter. Hij zegt: "Dokter, het heeft helemaal niks geholpen. Die pil van u, die werkt niet. Laatst kreeg ik weer zo'n aanvechting. Ik neem die pil in. Niks! Ik laat mijn broek zakken, en schuif mijn lul zo in die uiensnijder!" "Lieve help!" roept de dokter, "hoe is dat afgelopen?" "Ik ben ontslagen," zegt de man, "en die uiensnijder ook."
62. Een jampot vol
Een man belt de dokter en zegt dat hij zo'n last heeft van zijn arm. De dokter zegt: "Kom morgen maar op het spreekuur, en neemt u ook even uw plasje mee." De man denkt: een plas meenemen als ik pijn in m'n arm heb? Wat een onzin is dat. Ik zal eens een grap uithalen met die dokter. In een jampotje verzamelt hij: pies van zijn vrouw, zijn dochter en zijn zoon, en hij rukt ook zichzelf er nog eens in af. Dan gaat de man naar de dokter. Hij geeft zijn plas af. De dokter kijkt naar zijn arm en zegt: "Ik denk dat u last heeft van een tennisarm. Ik zal ook uw urine nog laten testen. Belt u over een week maar terug." Een week later belt de man naar de dokter. Zegt de dokter: "Die urine is getest, en hier is de uitslag: je vrouw gaat vreemd, je dochter is zwanger, je hond is loops, en jij houdt last van die tennisarm als je niet stopt met rukken!"
63. De tandarts
Een vrouw komt bij de tandarts. Zij gaat op de stoel liggen, de stoel zakt achterover. De tandarts knipt de lamp aan, brengt zijn spiegeltje en haakje bij haar mond. De vrouw laat haar arm van de leuning glijden en grijpt de tandarts in zijn kruis. "Wat doet u?" vraagt de tandarts. Zegt die vrouw: "We gaan mekaar toch geen pijn doen, he tandarts?"
64. Even een raampje open
Er komt een vrouw de wachtkamer van de dokter binnen. "Prft, prft". Voortdurend klinkt er het geluid van scheten. Ze gaat zitten, "prft, prft". De dokter komt de wachtkamer binnen, kijkt naar de vrouw, "prft, prft", en zegt: "Komt u maar even eerst naar binnen, dat zullen de andere patienten wel niet erg vinden." De vrouw loopt mee naar binnen, "prft, prft". Ze gaat zitten, "prft, prft". Vraagt de dokter: "Wat zijn de klachten?" Zegt de vrouw: "Prft, prft, dokter, prft, prft, ik heb toch zo'n last, prft, prft, van winden, prft, prft." Zegt de dokter: "Doet u uw bovenkleding maar even uit, dan zal ik even naar uw rug luisteren." De vrouw kleedt zich uit, "prft, prft", en de dokter luistert naar haar rug, "prft, prft". "Weet u wat?" zegt de dokter, "kleedt u zich maar even helemaal uit, en gaat u maar even op de tafel liggen met uw benen in de beugels." De vrouw kleedt zich helemaal uit, "prft, prft", en ze gaat op de tafel liggen, "prft, prft". De dokter loopt naar de vrouw, "prft, prft", maar bedenkt zich en zegt: "Ik kom zo terug." Komt hij teruglopen met een lange stok met een enorme haak. "O dokter, prft, prft", roept de vrouw angstig uit, "dokter, prft, prft, wat gaat u doen?" Zegt de dokter: "Eerst even een raampje openzetten."
65. Slecht nieuws en goed nieuws
Er komt een man bij de dokter; hij krijgt steeds meer moeite met lopen. De dokter onderzoekt hem en zegt: "Kleedt u zich maar weer aan." Als de man weer bij het bureau van de dokter zit, zegt de dokter: "Meneer ik heb goed nieuws en ik heb slecht nieuws. Wat wilt u het eerst horen?" "Vertel me eerst het slechte nieuws maar," zegt de man. "Allebei uw benen moeten eraf," zegt de dokter. "Mijn God, dokter," roept de man, "en wat mag dan het goede nieuws zijn?" Zegt de dokter: "In de wachtkamer zit iemand die uw schoenen wel wil kopen."
66. Te snel klaar
Een vrouw komt bij de dokter. "Wat zijn de klachten?" vraagt de dokter. "Mijn probleem is dat ik zo snel klaarkom," zegt de vrouw. Zegt de dokter: "Da's lullig." Zegt de vrouw: "Ahhhh."
67. Olifanten-slurf
Er komt een man bij de dokter in grote paniek: "Dokter, ik ben gegrepen door een pitbull, mijn hele zaak ligt eraf." "Tja," zegt de dokter, "dan moeten we iets transplanteren, maar ik heb momenteel niets op voorraad. Kom over twee weken maar terug." De man komt twee weken later terug: "En dokter, heeft u al wat?" "Al wat ik heb liggen is een olifanten-slurf," zegt de dokter, "wat denkt u ervan?" "Zet die er dan maar op," zegt de man. Zo gezegd, zo gedaan. Een week later gaat de man met een meisje naar de bioscoop. Maar de man kan niet stilzitten: hij zit maar te draaien en te schuiven in zijn stoel. Vraagt het meisje: "Wat zit je nou toch te doen?" Zegt de man: "Drie stoelen verder ligt en pinda, maar ik kan er net niet bij."
68. Grote lever
Er komt een man bij de dokter, en die zegt: "Ik heb zo'n pijn, rechts onderin mijn borst. En er zit een hele bult." De man moet zich uitkleden en de dokter onderzoekt hem. De dokter roept uit: "Tjonge, wat een grote lever! Wat drink jij?" Zegt de man: "Maakt niet uit. Wat heb je in huis?"
69. Een vereiste
Er zit een jongen bij de keuringsarts voor militaire dienst. De arts vraagt de jongen wat hij in militaire dienst wil gaan doen. "Ik wil graag generaal worden," zegt de jongen. "Ben je gek?" zegt de arts. Zegt de jongen: "Is dat vereist dan?"
70. In de ziektewet
Er zit een vent thuis in de ziektewet. Komt de controlerend geneesheer binnen en die ziet hem aardappels schillen. "Noem je dat ziek?" zegt die dokter, "je zit lekker aardappels te schillen." "Ik ben ziek," zegt de man, "en mijn vrouw is nog zieker. Ik moet haar helpen. Zij ligt boven in bed." "Dat wil ik wel eens zien," zegt die dokter. Even later komt hij terug en roept: "Nou, je vrouw ligt inderdaad in bed, maar met een vreemde vent." Zegt die man in de ziektewet: "Schil ik er toch een paar aardappeltjes bij..."

[vorige pagina] [Index van de lach] [volgende pagina]
© Karel Homepage, The Netherlands