KAREL'S CHEESE HOUSE


71. Geen inhoud

Een dikke vrouw gaat in een station op een weegschaal staan, waarop die naald helemaal doorslaat. Waarop er zo'n klein jochie zegt: "Verrek, dat wijf is hol."


72. Pudding en Gisteren

Er waren eens twee broertjes, en die heetten Pudding en Gisteren. Omdat ze iets stouts hadden uitgehaald, moesten ze voor straf op hun kamer blijven. Op een gegeven moment moest Pudding ontzettend poepen. Dus deed hij het raam open en poepte naar buiten. Beneden liep een mevrouw en die kreeg die drol boven op haar hoofd. Boos belde ze aan bij de moeder. Die moeder deed open en die mevrouw begon te schelden dat ze een drol op haar hoofd had gekregen. "Was het Gisteren?" vroeg de moeder. "Nee, vandaag," zei de mevrouw. "Was het Pudding?" vroeg de moeder. "Nee, klinkklare stront."


73. In een kledingzaak

Een vader en zijn zoontje komen in een kledingzaak. De verkoper loopt op de vader af en vraagt wat ze wensen. "We zoeken een mooie broek voor mijn zoon," zegt de vader. Er wordt een broek uitgezocht, en de zoon gaat hem passen. Als de zoon het pashokje weer uitkomt, zegt de vader: "Nou, die broek staat je goed zoon, MET JE DIKKE TERINGKOP." En met die laatste woorden geeft de vader die zoon een paar petsen om zijn oren. De verkoper staat het in verbazing aan te kijken, maar besluit er niets van te zeggen. Dan gaat de zoon een overhemd passen, en als hij naar buiten komt, zegt de vader weer: "Nou zoon, dat overhemd staat je goed, MET JE DIKKE TERINGKOP." Pets, pets, pets, pets... Ook als de zoon een nieuwe stropdas omdoet, gebeurt er weer hetzelfde: "Nou, die stropdas staat je goed zoon, MET JE DIKKE TERINGKOP." Pets, pets, pets, pets... Nu kan de verkoper het niet langer laten om te vragen wat de vader toch steeds doet: "Waarom zegt u dat steeds en slaat u die jongen steeds voor zijn hoofd?" "Dat zal ik u uitleggen," zegt de vader tegen de verkoper: "Toen ik met mijn vrouw trouwde, had ze zo'n lekker klein kutje. En toen kwam hij, MET ZIJN DIKKE TERINGKOP." Pets, pets, pets, pets...


74. Ozongat

Oma heeft besloten om na jaren weer eens behoorlijk te gaan stappen. Ze zit zich aan de kaptafel op te maken. Dan pakt ze een grote spuitbus, en begint flink onder haar oksels te sprayen. Haar kleinzoontje staat dat kritisch te bekijken en zegt: "Oma, denkt u wel aan het ozongat?" "Ja hoor," zegt ze, "dat doe ik zo effe met een washandje."


75. Hetzelfde

Een vader loopt met zijn zoontje over de markt. En dat zoontje loopt maar voortdurend te zeuren: "Ik wil patat! Ik wil ijs! Ik wil kersen!" Als ze langs een fruitstal lopen, pakt de vader een kers en stopt 'm bij zijn zoontje in zijn mond. "Hoe vind je 'm?" vraagt de vader. "Hmmm, lekker," zegt de jongen. Zegt de vader: "Zo smaken ze allemaal."


76. Mijn schuld

Dat ene jongetje tegen dat andere jongetje. Hij zegt: "Mijn moeder is zwanger, en dat heb ik gedaan." Zegt-ie: "Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?" Hij zegt: "Nou, ik heb d'r pil geruild voor aspirientjes."


77. Geboren

Een vader vertelt aan zijn zoon over Sinterklaas. Zegt-ie: "Ach, schei toch uit met je Sinterklaas. Ik heb alles gevonden in de kelder: het kostuum, een baard en die staf. Ik geloof allang niet meer in Sinterklaas. En," zegt-ie, "nou we toch kerels onder elkaar zijn, met die ooievaar kan je ook wel inpakken." Zegt z'n vader: "O ja, weet je dan hoe 't wel gaat?" "Ja," zegt-ie, "kinderen worden geboren. En ik zal net zo lang zoeken tot ik die boor ook gevonden heb."


78. De middelvinger

De Italiaanse Antonio had ooit zijn middelvinger opgeheven naar zijn vader. Zijn vader had hem er toen een standje voor gegeven, en gezegd dat hij op zijn trouwdag zou uitleggen waarom hij dat niet moest doen. De dag voordat Antonio gaat trouwen, gaat hij naar zijn vader. Nu moet hij maar eens uitleggen waar hij zijn middelvinger voor moet gebruiken. "Iekke zal jou uitlegge", zegt de vader: "Jouw duim ies om te kunnen liften: met jouw duim kunne jij overal komen. Alse jij in het buitenland bent, en men begrijpe jou niet, dan kunne jij jouw wijsvinger gebruike: jij wijze met jouw vinger, en de mense zulle jou begrijpe. Over de middelvinger, iekke vertelle straks. Om jouw ringvinger doe jij morgen die ring, alse jij gaat trouwen. En de pink gebruike jij omme te peuteren neus en oren. Nou iek jou vertelle over de middelvinger. Straks ben jij getrouwd, en dan zegge jouw vrouw: `Antonio, brenge mij in de zevende hemel'. En dan ga jij met haar naar bed. Dan zegge jouw vrouw: `Iek wil nog een keer'. Jij bent Italiaan, dus jij doet 't nog een keer. Dan zegge jouw vrouw: `Iek wil nog een keer'. Jij bent een goeie Italiaan, dus jij doet 't nog een keer. Dan zegge jouw vrouw: `Iek wil nog een keer'. D n komme die vinger. Jij wijze op je voorhoofd en zegge: `viere keer, ben je nou hartstiekke gek?'"


79. Rusten

Roept pappa tegen Jantje: "Jantje, laat opa nu eens met rust. Je hebt hem deze week al drie keer opgegraven."


80. Rondjes

Roept pappa tegen Jantje: "Jantje, hou op met rondjes draaien, anders spijker ik je andere voetje ook nog vast."


[vorige pagina] [Index van de lach] [volgende pagina]
© Karel Homepage, The Netherlands