21. Meisje van kantoor
Jansen ging met pensioen. Hij zou werken tot hij 65 was, maar moest daarvoor enkele formulieren tekenen. Op een dag komt hij het kantoor van de personeelschef binnen, veegt zijn hand aan zijn overal af en neemt de pen aan om te tekenen. Als hij daarmee klaar is vraagt hij: 'Zou ik nu dat meisje eens kunnen zien?' 'Welk meisje bedoelt u?' 'Nou, dat meisje dat hier nog langer werkt als ik. Ik weet niet hoe ze heet, maar al die 45 jaar dat ik hier werk, hebben jullie als er iets niet klopte in mijn loonzakje of als er iets anders was dat niet goed was, gezegd dat 'het meisje op kantoor' een fout had gemaakt!' 22. Tabaksplant Op de markt koopt een vrouw een tabaksplant. De marktkoopman overhandigd haar de plant en zegt: 'En als er klachten zijn, komt u maar terug.' Na drie weken komt de vrouw weer bij de marktkoopman en zegt: 'U heeft me kort geleden die tabaksplant verkocht.' 'Kan wel', zegt de man, 'wat is er mee?' 'Kunt u me ook zeggen wanneer de sigaren eraan komen?' 23. De weg kwijt Een vliegtuig vliegt in de buurt van Richmond Virginia, maar het zicht is slecht en de piloot kan het vliegveld niet vinden. Plots doemt er een wolkenkrabber op en de piloot wenkt naar een man achter de ramen van de vijfde verdieping. Piloot draait raampje open en roept: 'Waar ben ik?' Vanuit de wolkenkrabber wordt geroepen ' U bent in een vliegtuig'. Waarop de piloot snel zijn raampje dichtdraait en zonder dalen de weg naar de landingsbaan vindt. Later vroegen de verbijsterde passagiers:'Hoe kon je nu zo snel toch de weg terugvinden?' De piloot:' Die man in die wolkenkrabber gaf me een antwoord dat zowel honderd procent correct was, als volkomen waardeloos. Toen wist ik: Dit is het hoofdkwartier van Microsoft-vandaaruit weet ik de landingsbaan zo te vinden. 24. Het dienstmeisje
Van dat dienstmeisje dat bij een baron en baroneswerkt. Mevrouw de barones,die jaloers is op haar heel mooie dienstmeisje, zegt op een ochtend tegen haar: Marie ik moet je ontslaan.' 25. Passen Komt een man bij de drogist en vraag zachtjes aan de dame achter de kassa om een pakje condooms. Drogiste legt een pakje op de toonbank en zegt: "Da's dan dertienvijftig, anders nog iets ?". Waarop de man er een briefje van 100 naast legt. "Ach meneer", reageert de drogiste, " Kunt u niet passen ?" "Passen ?" reageert de man, "Dat heeft geen zin, ze zijn niet voor mezelf, maar voor m'n broer !" 26. Brievenstempelaar Twee mannen ontmoeten elkaar in een café en raken aan de praat. "Wat doe jij voor de kost?" vraagt de één. "Ik stempel brieven op het postkantoor." "Dat moet een saaie baan zijn. "Saai? Absoluut niet. Iedere dag stempelen we een andere datum!" 27. Slechte zaken "De zaken gaan slecht," zei de motelhouder tegen de handelsreiziger. "Beroerd, mag ik wel zeggen." "Maar elke keer als ik hierlangs rijd staat het bord 'Vol' buiten," zei de handelsreiziger. "Inderdaad," zei de eigenaar. "Maar vroeger stuurde ik elke avond 30 tot 35 mensen weg. Nu zijn het er nog maar 10 tot 15." 28. De opzichter
Roelof vertelde aan een vriend dat hij zijn baan kwijt was. "Waarom heeft de opzichter je ontslagen?" vroeg zijn vriend verbaasd. 29. In de rij voor een winkel Een lange rij vrouwen stond geduldig voor een winkel te wachten. Een man probeerde voor te dringen, maar het boze geschreeuw deed hem achter in de rij aansluiten. Na een tijdje probeerde hij het opnieuw, maar weer kreeg hij de woede van de vrouwen over zich heen. Bij zijn derde poging werkten de vrouwen hem eigenhandig naar achteren. Hij gaf het op, trok zijn das recht, streek zijn verwarde haar glad en zei waardig: "Prima, dames, als u zich zo blijft gedragen, open ik de winkel niet." 30. De telefoon Toen Martin op zijn werk verscheen met beide oren in het verband, werd hem gevraagd wat er was gebeurd. " Ik keek naar de voetbalwedstrijd op tv en mijn vrouw stond naast me te strijken," legde hij uit. "Ze was net even weg, toen de telefoon ging. Ik wilde de hoorn pakken, maar hield in plaats daarvan het strijkijzer tegen mijn oor." "Maar wat is er dan met je andere ook gebeurd?" "Dat laat zich raden. Ik had de hoorn nog niet neergelegd of die vent belt terug." |