|
||||||
Ik kan Kyara nergens vinden. Waar zou ze zich toch verstopt hebben. Als Kyara buiten is, dan is Jetje in paniek. Wij mogen nooit alleen naar buiten. Jetje wil niet dat wij weglopen. Ga ik Blaan maar plagen. Die meid zit zo op de kast. Heerlijk achter haar aan zitten door heel het huis. Ik heb er al weer een paar haartjes uit haar mooie staart getrokken. Wat kan ze dan lelijk doen. Maar ik, stoere jongen trek mij daar niets van aan. Ook de kleine van Kyara is niet in haar hum. Ze mist haar zusje en broertje en nu ook haar moeder. Jetje heeft het volgens mij nog niet door. Zij gaat gewoon door met haar bezigheden. Onze bakken verzorgen en de was weg leggen. Jetje trekt haar jas aan en dan weten wij dat ze weg gaat. Ik zit er niet mee, maar waar is Kyara? Ik heb zelf nu ontdekt wat er op de wc is. Als ik aan dat rolletje trek, komt er een heel lang iets vandaan. Leuk om in te rollen en het nog zacht ook. Wel jammer dat het niet zo sterk is. Als ik er met mijn nagels aan kom, zie ik allemaal gaatjes verschijnen. Ook scheuren er stukjes af. Waar gebruiken mensen dat nu voor? Jetje zet haar bril op haar neus als ze in dit kamertje gaat. Zij gaat zitten lezen. Dit weet ik van Rob. Hij heeft wel eens gevraagd of Jetje het boek al uit had, want hij moest zonodig. Hebben wij het toch maar gemakkelijk. Wij hebben drie bakken en in de zomer een grote tuin. Wij kunnen onze behoefte doen waar dat wij willen. Jetje vindt dat niet goed hoor. Jetje heeft wel eens met haar handen in mijn bruin ding gepakt. En toen deed ze heel erg lelijk. Daar heb je Jetje weer. Ze heeft Kyara bij zich en ook een rolletje papier. Samen gaan ze nu aan de tafel zitten en Kyara laat Jetje zien wat ze gemaakt heeft bij juffrouw snorhaar. Een geboortemandala van haarzelf. Ik zal maar eens gaan kijken wat ze gemaakt heeft.
Oei, Jetje gaat naar de toilet. Ik hoop haar mopperen. Ik heb er plezier mee gehad, maar ik zeg niets en ga ook niet kijken. Aileen wel, die vind nog alles prachtig. Ik hoop dat Jetje haar de schuld geeft. Jetje gaat koken in de keuken. Zij heeft weer van die lekker lange witte slierten. Ik vind die zo lekker. Ik kan er wel 100 van opeten, maar ik krijg er maar een. Jonge, jonge wat zijn ze dik vandaag. Hier lust ik er niet zo veel van. Rob is nu ook thuis en Jetje verteld haar wat er vandaag allemaal gebeurd is. Rob kijkt nu boos. Ik weet alleen niet waarom. Ik heb hem net heel lief een kopje gegeven. Ik zet nog steeds geen geurspoor af in huis. Hij hoeft dus niet boos te zijn. Rob gaat nu op de bank zitten en trekt een fles wijn open. Ik vind dit niet leuk, want dat stinkt. Ik ga naar boven en Blaan gaat met mij mee. Zij vindt dat ook niet lekker ruiken heeft ze tegen mij gezegd. Net als mensen waar van dat grijs uit de mond komt, dat stinkt ook verschrikkelijk. Blaan heeft de mand weer in haar bezit. Ik ga wel op de tafel liggen. Rust dat is waar ik naar verlang.
|
![]() |