Steiner en Freinet
Is dat dan niet hetzelfde?
Meermaals is het me overkomen. Men vraagt waar je kinderen naar school
gaan. Freinet? Jawel, dat kennen ze. Gebaseerd op ervaring. Dat is toch
zoveel beter, meneer. Ze kennen er nog veel die hun kinderen naar daar
sturen. Je licht kort nog enkele zaken toe. Natuurlijk, vanzelfsprekend!
Tot plots een paar details in hun betoog niet meer schijnen te kloppen.
Kortsluiting. Verwarring alom. Maar is dat dan niet die school daar op
de Kasteellaan? Och kom meneer, Freinet of Steiner, 't is maar een naam.
In de grond is het toch precies hetzelfde, of niet soms, meneer?
Dat
Steiner en Freinet in winkels en op feestelijke recepties wel eens door
elkaar worden gehaspeld, zit er nog wel voor enkele decennia dik in, en
is heus nog niet zo'n ramp. Ernstig wordt het pas wanneer ook ouders van
de school zelf al evenmin onderscheid blijken te maken. Want uit zo'n flagrant
gebrek aan kennis komen gegarandeerd conflicten wegens oningeloste verwachtingen
voort, zeker wanneer de kleutertijd voorbij is en het 'ernst wordt'.
Hoe komen ouders er in praktijk eigenlijk toe om voor Freinet te opteren?
In sommige kringen is het de bon ton dat men zijn kind niet zomaar naar
een gewone school stuurt. Maar meestal ligt een latente onvrede met het
traditioneel onderwijs aan de basis. Men heeft wel al eens de naam Freinet
gehoord. Freinet is anders, dus zal het wellicht dan ook wel wat beter
zijn? Maar op welke manier is het anders? En Steiner dan? En Jena Plan?
En Montessori? Welke ouder heeft er vooraf stil gestaan bij het gamma aan
methodescholen, en vooraf een grondig vergelijkend onderzoek gemaakt? Waarom
al die verschillende richtingen in de methodescholen ?
Rond de (vorige) eeuwwisseling ontstond internationaal de beweging
van de Moderne School. Ferrer, Decroly, Makarenko, Ferrière
en Cousinet, om er maar een handvol te noemen. Allen streefden naar pedagogische
vernieuwing, allemaal legden ze ook andere klemtonen, en hun lot verschilde
grondig. Francesco Ferrer verdedigde de Moderne School tot voor het executiepeloton,
terwijl Célestin Freinet rond zijn pedagogie een succesvolle beweging
wist uit te bouwen. Onze landgenoot Ovide Decroly heeft in België
5 en in het buitenland 3 scholen, terwijl Rudolph Steiner er nu ruim 600
heeft over de gehele wereld. In Nederland heeft zowat elk dorp zijn Jena
Plan school, in België is er welgeteld één. En als enige
vrouw in die groep pedagogen stond en staat Maria Montessori nog steeds
haar mannetje.
En
wat vinden wij in ons eigenste Gent? Het traditionele onderwijs moet er
van jaar tot jaar wat marktaandeel prijsgeven. De enige groeiers zijn de
methodescholen: dit zijn hier de Freinet-, de Jena Plan, de Montessori-
en de Steinerscholen, naast enkele scholen die zich niet tot een geijkt
pedagogisch systeem bekennen: De Buurt en De Oogappel. Maar waarom opteren
ouders precies voor die methode en niet voor een andere? Gaat het wel steeds
om een werkelijk bewuste keuze, of spelen nogal wat arbitraire factoren
een rol?
Rationeel afgewogen besluit of intuïtief gevoel, in ieder geval
dient zo vlug mogelijk duidelijkheid te worden geschapen. Want een school
kan slechts optimaal functioneren als de methode en het pedagogisch concept
door de voltallige oudergroep worden gedragen. En een klas kan slechts
optimaal functioneren als zich niet om de haverklap conflicten en misverstanden
voordoen omtrent de gevolgde methode.
Uit die inzichten groeide bij een groep ouders van Het Trappenhuis
de idee om de verschillende Gentse methodescholen in een debat samen te
brengen. Uit de confrontatie van de verschillende methodes moet voor iedereen
een juister beeld van de eigen pedagogische methode voortkomen. Op die
debatavond komt een pedagoog of een leerkracht van elke school de kern
van de gevolgde methode uitleggen, waarna panel, moderator en publiek een
debat aangaan. Een unieke gelegenheid dus om alles te weten wat U al steeds
had willen weten over Freinet (en over de anderen).
Copyright ©
november 1997.