Jammer genoeg is ere aan al dit heerlijks een nogal vervelende schaduwzijde.
Bij het te lang zuigen aan duim, fopspeen, vingers wordt er een enorme
druk uitgeoefend op de tanden en duwt de tong de bovenste en onderste tandjes
uit elkaar en naar voor. Hierdoor komt een opening tussen de tanden die
steeds groter en groter wordt en waardoor de tong constant tussen de tanden
blijft zitten, ook bij het spreken. De Gentse uitdrukking "die spreekt
met een voddeke rond zijn tong" wordt bittere realiteit. In 90% van de
gevallen gaat het kind lispelen. En dan zijn er twee mogelijkheden:
- mama en papa vinden die preekwijze zo lief en vertederend, het gaat
vanzelf wel over.
- mama en papa trekken aan de alarmbel en zoeken op alle mogelijke
manieren hoe het spreken kan worden verbeterd (het liefst van de ene dag
op de andere).
MAAR, vergeet niet dat je kind intussen misschien 5 jaar geworden is
en dus reeds 5 jaar lang die slechte gewoonte in stand houdt. Dus voorkomen
is beter dan genezen.
Maar hoe?
Een verrassend gegeven is dat het zuigen voor een kind (tot ongeveer
2 jaar) reflexmatig is. Maar zuigen in functie van eten is voor sommige
kinderen vaak onvoldoende om tot een bevredigend gevoel te leiden. Merk
je dus dat je kind een sterke zuigbehoefte heeft, geef dat bij voorkeur
een fopspeen (afgeplat) ook al zuigt hij/zij reeds aan de duim. Begin rond
het 2de levensjaar het zuigen af te bouwen. Overdag geef je de fopspeen
niet, je koppelt het geven van een speentje enkel aan het slaapritueel
(eventueel ook bij het middagdutje). Probeer de knuffelbeer meer en meer
de plaats te doen innemen van de speen of duim.
Blijft het kind zich nu hardnekkig aan duim of fopspeen vastklampen, start dan met een echt afbouwsysteem op papier, zo maak je het kind echt bewust van het zuigen. Daarom moet je als ouder eerst goed het duimen observeren. Dit houdt in dat je noteert waar, wanneer en onder welke omstandigheden je kind op zijn/haar duim zuigt. Je werkt per dag, een vijfjarige heeft nog geen besef van hoelang een week duurt, nl. telkens het kind zuigt trek je streepjes naast die dag, het aantal streepjes moet geleidelijk verminderen. Heb je een dag zonder streepjes, dan krijgt het kind een cadeautje. Geloof het of niet maar: het werkt!
Het kind moet positief benadert worden, anders krijg je het omgekeerde effect, het neemt meer en meer zijn toevlucht tot de duim of fopspeen. Geef bv.. een extra knuffel, een glimlach, een complimentje bij niet zuigen. Kan je dit niet alleen, schakel dan de hulp in van de schoollogopediste of de klasjuf. Indien alle partijen (ouders, familieleden, klasjuf, logopediste) achter dit alles staan, is succes verzekerd. De behandeling door de logopediste kan nu echt starten.
Het HIPB, St.-Lievenspoortstraat 143 te Gent, afdeling logopedie heeft
een volledig pakket rond duimzuigen (video en instructieprogramma). Ouders
kunnen dit via de logopediste bestellen (het is jammer genoeg niet gratis).