31. Bult Zegt de een tegen de ander: "Wat heb je een rare bult op je nek! O, sorry, het is je hoofd!" 32. Uit het gekkenhuis Een gek is ontslagen uit het gekkenhuis, en hij gaat naar zijn broer, die ook niet helemaal tof is. De gek is nog geen kwartier bij zijn broer, of hij staat al op de tafel te roepen: "Ik ben een lamp, ik ben een lamp..." Zijn broer belt naar het gekkenhuis en doet zijn beklag: "Mooie boel is dat. Mijn broer is nog geen kwartier binnen of hij staat al op de tafel te roepen dat hij een lamp is." "Stuurt u hem maar weer terug," zegt de geneesheer. "Ik ben daar gek," zegt de broer, "dan heb ik geen licht meer." 33. Twee waarzegsters Twee waarzegsters komen elkaar tegen. Zegt de ene waarzegster tegen de andere: "Je ziet er vandaag beter uit dan volgende week." 34. Auto-showroom Er staat al een kwartier een man met zijn neus tegen de etalage van een auto-showroom gedrukt. De verkoper heeft het gezien en loopt naar buiten en zegt: "Ik zie u al een tijdje naar die auto staan kijken. Vindt u hem mooi?" "Fantastisch!", zegt de man. "Wilt u niet even binnen komen kijken?" vraagt de verkoper. De man gaat mee naar binnen en loopt om de auto heen. "Wat vindt u ervan?" vraagt de verkoper. "Echt fantastisch!" zegt de man. "Wilt u misschien even in de auto gaan zitten?" De man gaat in de auto zitten. "Hoe vindt u 't: zitten de stoelen lekker? Mooi stuur, mooi dashboard?" "Ja, werkelijk FANTSTISCH!" zegt de man. "Wilt u misschien een proefritje maken?" vraagt de verkoper. De man wil dat graag. Ze maken een proefritje. Op de rijksweg zoeft de auto over het asfalt. "En? Hoe vindt u de accelleratie? De wegligging?" vraagt de verkoper. "Helemaal FANTSTISCH!" zegt de man. "Tja," zegt de verkoper, "daar word ik nou een beetje ziek van. Op alles wat ik vraag, roept u alleen maar `fantastisch'. Kunt u niet eens wat anders zeggen?" "Ja hoor," zegt de man: "Een lekker potje neuken!" "Dat slaat toch nergens op?" zegt de verkoper. "Dat niet," zegt de man, "maar dat vind ik ook FANTSTISCH!" 35. In het midden Twee gekken lopen door de Kalverstraat. Zegt de ene gek: "Nou wil ik wel eens in het midden lopen." 36. Nummer tussen 1 en 10 Zegt de ene gek tegen de andere: "Noem eens een kleur van een tot en met tien?" Zegt de ander: "Maandag, dinsdag, woensdag..." 37. Postzegelssparen Dominee houdt een prachtige preek uit de brief van Paulus. Na afloop van de dienst staat een heel klein jochie de dominee op te wachten. Vraagt dominee vriendelijk: "Zo knaapje, wou je mij wat vragen? Ben je nog onder de indruk van de preek?" En dat lekkere straatjoch. "Nee," zegt-ie, "maar ik wou vragen of ik de postzegels van die brief kan krijgen." 38. Twee gekken Twee gekken zitten bij elkaar. De ene gek zit in een spiegeltje te kijken en zegt: "He, die vent ken ik..." Zegt de andere gek: "Laat mij eens kijken." Hij kijkt in het spiegeltje en zegt: "Natuurlijk ken je die: dat ben ik!" 39. Blinde man Er loopt een blinde vent langs een viskraam. Zegt hij: "Dag dames." 40. Drie uur 's nachts Wordt er om drie uur vannacht bij ons aangebeld. Mijn vrouw doet open, staat er een hijger op de stoep. "Wat mot dat?" vraagt mijn vrouw. Zegt die vent: "Ja sorry, m'n telefoon is kapot." |