21. De WC Een man gaat in het cafe naar de WC. Links van hem staat een man die met twee straaltjes plast. "Hoe kan dat, dat je met twee straaltjes plast?", vraagt de man aan zijn buurman. "Oh, dat komt van de oorlog," zegt de man, "ik ben getroffen door een granaatscherf." Dan komt er rechts een man staan die met wel tien straaltjes plast. "Zeker ook gebeurd in de oorlog?" informeert de man. "Nee," zegt zijn buurman, "ik krijg verdomme mijn rits niet open." 22. Een sigaret Een dronken man probeert met een sigaret zijn autoportier open te maken. Een voorbijganger ziet het en zegt: "Dat is een sigaret, hoor, waarmee u die portier probeert open te maken." "Verrek," zegt de dronken man, "dan heb ik net mijn sleutels opgerookt!" 23. Vier broers Er komt een man een cafe binnen en bestelt vier borreltjes tegelijk. Als hij dit een paar dagen achter elkaar heeft gedaan, wordt de barman nieuwsgierig. Op een gegeven moment vraagt hij: "Waarom bestelt u toch steeds vier borreltjes?" De man zegt: "Drie broers van mij wonen in Australie. En we hadden afgesproken om elke dag om vijf uur een borreltje te gaan drinken. Gezellig toch?" De barman moet dit beamen. Op een dag bestelt de man drie borreltjes. De barkeeper vraagt: "Is er wat gebeurd met uw broer?" "Nee," zegt de man, "maar ik mag niet meer drinken van de dokter." 24. Lelijk Er zit een ontzettend dronken kerel in de tram tegenover een vreselijk lelijke vrouw. Zegt de dronken man: "Hik, mevrouw, hik, wat bent u lelijk!" Zegt de vrouw: "En u bent dronken." "Ja, hik," zegt de man, "maar dat is morgen weer over." 25. Een rivier Een mannetje heeft in de kroeg een stevig stuk in zijn kraag zitten zuipen. Als hij naar buiten stapt, heeft het flink geregend: het asfalt glimt van het water. "Verdomme," zegt de man, "nou moet ik nog een rivier overzwemmen ook." Hij neemt een aanloop en maakt een duik. Hij komt keihard op het asfalt terecht. "Krijg de pest," roept hij: "Het heeft nog gevroren ook!" 26. Het gedonder Komt een man een cafe binnen en zegt: "Geef mij een pilsje, voordat het gedonder begint." Even later zegt hij weer: "Geef me nog een pilsje, voordat het gedonder begint." Nog even later weer: "Geef me nog een pilsje, voordat het gedonder begint." Nu zegt de barman: "Wil je eerst even afrekenen voordat je doordrinkt?" "Zie je wel," zegt de man, "daar begint het gedonder al." 27. Rechts of Links Een dronken man komt een cafe binnen en bestelt een biertje. Op een gegeven moment zegt hij tegen de man links van hem: "Jij bent een klootzak", en tegen de man rechts van hem: "Jij gaat met andere vrouwen mee." Hij bestelt weer een biertje en zegt weer tegen de man links van hem: "Jij bent een klootzak", en tegen de man rechts van hem: "Jij gaat met andere vrouwen mee." Daarna bestelt hij nog een biertje en zegt tegen de man links van hem: "Jij bent een klootzak", en tegen de man rechts van hem: "Jij gaat met andere vrouwen mee." Dit begint de man rechts behoorlijk te irriteren en hij zegt: "Meneer, ik ga niet met vreemde vrouwen mee." Zegt de dronken kerel: "Dan moet je links van mij gaan staan, want dan ben je voor mij een klootzak." 28. Skelet Een skelet komt een cafe binnen, zegt: "Doe mij een pils en een dweil." 29. Allemaal Er komt een man een bar binnen. Hij bestelt een biertje en jolig roept hij: "Als ik een biertje neem, dan nemen we allemaal een biertje." En dus krijgt de hele zaak een biertje. Even later roept de man weer jolig: "Als ik een biertje neem, dan nemen we allemaal een biertje." Dat gaat de hele avond zo door en het wordt reuze gezellig in de kroeg. Dan loopt het tegen sluitingstijd. De man pakt zijn portemonnee en zegt: "Nou ga ik betalen, en als ik ga betalen, dan gaan we allemaal betalen!" 30. Borstzakje Er komt een dronken man een cafe binnen en bestelt twee cognacjes. Een cognacje drinkt hij op, het andere giet hij in zijn borstzakje, waarna er een smekend geluid klinkt. Dan bestelt hij vier cognacjes. Hij drinkt er twee op, en giet er twee in zijn borstzakje. Smek smek smek. De ober vertrouwt het niet en zegt: "Mijnheer, ik hoor vreemde geluiden, u bent dronken, u giet cognac in uw borstzak, dat is niet goed voor mijn zaak: u gaat betalen en vertrekken." Daarop zegt de zatlap: "Nou moet jij eens heel goed luisteren! Als jij je bek niet houdt dan steek ik je ogen uit, breek ik je neus, vouw ik je dubbel..." Komt er uit zijn borstzak een klein muisje tevoorschijn dat zegt: "en dat geldt ook voor die schele kat van jou!" |