Wegwijs in methodescholen: De Buurt
We laten nu een buitenbeentje
onder de methodescholen aan het woord. De Buurt voert, zoals de naam het
zegt, naast het luik onderwijs ook een volwaardig luik buurtwerking als
even belangrijke doelstelling in het vaandel en wil deze doelstellingen
realiseren dankzij een zeer sterke betrokkenheid van de ouders.
De Buurt is een kleuter- en lagere school, erkend en gesubsidieerd door
de Vlaamse Gemeenschap. Het is een vrije school, zonder godsdienstige stempel.
Ze werkt onafhankelijk van het stedelijk, provinciaal, katholiek of gemeenschapsonderwijs.
De school ligt in de wijk Sluizeken-Muide (omgeving Sleepstraat, Tolhuislaan
en Ham) en is er in de eerste plaats voor kinderen uit deze wijk. De Buurt
is geen gewone school, dat merk je aan haar theorie, de aard van het onderwijs,
de organisatie van de school.
Het onderwijs in De Buurt
De Buurt wil kinderen zoveel mogelijk kansen geven op
volledige ontplooiing. Niet alleen het verstandelijke is dus belangrijk.
Men besteedt evenveel aandacht aan de lichamelijke, emotionele, geestelijke,
sociale en creatieve ontwikkeling. Een ander belangrijk doel is ervoor
te zorgen dat elk kind evenveel kansen krijgt om te leren en te groeien.
Zo nodig komt er extra hulp. De Buurt wil aan andere scholen tonen dat
onderwijs ook echt op een andere manier kan, en dat het goede resultaten
oplevert.
Projectonderwijs
De kinderen leren veel al doende: zelf problemen oplossen,
samenwerken, afspraken maken, gevoelens uiten, enz. Daartoe bieden de projecten
alle kansen. Een project start vanuit een probleem dat de kinderen zelf
ervaren en in groep willen aanpakken. Bv..: hoe maken we zelf een fototoestel?
Wat gebeurt er allemaal in een restaurant? Hoe kunnen we beter omgaan met
onze angst? Hoe kunnen we minder ruzie maken? Ieder project probeert een
oplossing te vinden voor het probleem onder de vorm van een eindprodukt.
Dit doel wordt bereikt in 2 à 3 weken. De kinderen en de begeleiders
plannen samen de activiteiten en de nodige stappen om te trachten het doel
te bereiken. Afhankelijk van het project kan het produkt allerlei vormen
aannemen: een toneelstuk, een tentoonstelling, een winkel, een gebruiksvoorwerp,
enz. Na het project volgt een inoefen- en uitbreidingsperiode. Het onderwerp
wordt verder uitgediept op geschiedkundig, aardrijkskundig en wetenschappelijk
vlak. Alle reken- en taalvaardigheden die nodig bleken tijdens het project
worden grondig aangepakt en ingeoefend. Deze manier van werken vermijdt
sleur en onderhoudt de interesse en de motivatie van de kinderen. Het leren
wordt zinvoller en diepgaander.
In De Buurt werkt men dus niet met handboeken of vaste
methodes. Natuurlijk houdt men zich aan het officiële leerplan, zodat
elk kind een degelijke basis krijgt om verder te studeren. Er komt geen
rapport over het kind, wel meerdere keren per jaar een uitgebreid verslag.
Hierin staat te lezen hoe het kind zich ontwikkelt, hoe het leert en samenwerkt.
De begeleiders komen minstens eenmaal per jaar op huisbezoek om over het
kind en over De Buurt te praten.
Het
huis
De Buurt werkt in een groot huis met een tuin. We proberen
een huiselijke sfeer te scheppen. Er zijn geen klaslokalen, bijna elke
leefgroep beschikt over een keuken, een zithoek en een werkruimte.
De groepen
In plaats van leerjaren zijn er in De Buurt 4 groepen:
de peutertuin: van 2,5 tot 3,5 jaar;
de eerste leefgroep: kleuters tot 6 jaar;
de tweede leefgroep: van 6 tot 9 jaar;
de derde leefgroep: van 9 tot 12 jaar.
Per groep zijn er dus kinderen van verschillende leeftijden
en dat heeft belangrijke voordelen. Zo is een kind afwisselend bij de jongsten,
bij de middengroep en bij de oudsten, wat maakt dat geen enkel kind zes
jaar lang de domste, de slimste, de sterkste,... van de groep is of blijft.
De kinderen leren ook heel veel van elkaar. En omdat ze drie jaar in dezelfde
groep blijven, kan meer rekening gehouden worden met hun eigen tempo.
De peutergroep heeft 1 begeleider en een assistent, de
andere groepen hebben er 2 of 3.
De organisatie van de school
Wat wil De Buurt?
De school wil de ouders als echte partners bij haar werking
betrekken. School en thuis maken beide deel uit van de leefwereld van een
kind. Daarom moeten ouders en begeleiders een goed contact met elkaar onderhouden.
Ze kunnen elkaar ook aanvullen en van elkaar leren. Voor De Buurt is het
ook van levensbelang dat ouders de school mee organiseren. Zij dragen samen
met het personeel de verantwoordelijkheden en verrichten het werk in de
school.
De
samenwerking tussen ouders en begeleiders op vlak van onderwijs.
Ouders raken zeer nauw betrokken bij hun kind in de school
door bijvoorbeeld:
deel te nemen aan de leefgroepvergaderingen, waarop het projectwerk en
het groepsleven besproken worden. Ouders kunnen hierin zelf hun inbreng
hebben;
mee te werken aan de projecten of bij andere activiteiten van de leefgroep;
terloopse contacten met de begeleiders;
de berichtenmap of de schoolagenda te volgen;
aandacht te hebben voor de inhoud en de vorm van de projecten.
Een ruimere betrokkenheid kan groeien door:
de vormingsbijeenkomsten voor ouders en begeleiders rond inhoudelijke thema's;
de jaarlijkse schriftelijke beoordeling van de leefgroepen en de begeleiders.
Hiervan wordt in grote lijnen verslag uitgebracht op de algemene vergadering,
wat aanleiding kan geven tot verdere bespreking.
De rol van de ouders in de organisatie van de school
De inbreng van de ouders in de organisatie is niet te
onderschatten. Ouders werken mee en beslissen mee in de algemene vergadering.
Die gaat minstens tweemaal per jaar door voor alle ouders en begeleiders.
De werking van De Buurt wordt erop doorgelicht. Hier worden belangrijke
keuzes besproken en in besluiten omgezet. Alle andere werkgroepen brengen
hier verslag uit en leggen hun plannen voor. Deze groepen zijn:
-
de stuurgroep, waarin ouders en personeelsleden samenwerken
rond tewerkstelling, administratie, financiën, infrastructuur, samenwerkingsverbanden,...
kortom, zowat alles van De Buurt. De stuurgroep is het instrument van en
voor de algemene vergadering.
-
de leefgroepvergaderingen, waarin ouders en begeleiders
vooral over de werking van een leefgroep praten. Er is ook een wisselwerking
met de stuurgroep.
-
de werkgroep zonder naam organiseert jaarlijks meerdere activiteiten
om extra geld en ambiance in het laatje te brengen zoals een rommelmarkt,
fuif of kerstmarkt.
Veel ouders verzetten ook heel wat praktisch werk in de school:
ze hebben een beurtrol: kinderopvang en toezicht 's morgens, over de middag
of na schooltijd;
ze doen de schoonmaak in de leefgroepen: elke ouder neemt 1 of 2 beurten
per jaar op zich;
ze klussen: enkele keren per jaar is er een klusjesdag of een klusweekend,
waarin het onderhoud en de verfraaiing van het gebouw worden aangepakt.
Er zijn ook heel wat ouders die De Buurt steunen met regelmatige, financiële
giften; die hebben we echt nodig om te overleven.
Copyright ©
april 1998.