Thema Vuur 2
ILLO B
Auteurs: Leentje Braeken
, Kirsty
Kessels,Inge Vanderhoven,Davy
Versleegers
THEMA: VUUR
Doelstellingen
*De rijke betekenis van vuur: Kinderen verkennen de rijke symbolische
betekenis van vuur vanuit eigen ervaringen en in hun eigen omgeving.
*De symboliek van vuur in de bijbel: Kinderen bespreken enkele bijbel
verhalen waarin vuur de nabijheid van God bij mensen symboliseert.
LES 1
LESONDERWERP: klasgesprek over vuur
CONCRETE DOELSTELLINGEN:
Van de leerlingen wordt verwacht dat ze:
-kunnen vertellen over hun eigen ervaringen rond vuur;
-de positieve en negatieve elementen van vuur kennen;
-rustig naar elkaar kunnen luisteren;
-elkaars mening kunnen respecteren.
LESGANG
Introductie:
sfeerschepping aan de hand van muziek en kaarsen.
Kern:
Aan de hand van het bijgevoegde gedicht en prenten worden vragen
gesteld en
komt een klasgesprek op gang.
Vuur
Vuur is iets geheimzinnigs.
Het leeft. Het danst.
Het heeft gulzige, gele tongen, die voortdurend likken
op zoek naar iets brandbaars.
Vuur maakt me bang.
Het heeft een geheime kracht.
Maar is het een goede of slechte kracht?
Soms is vuur alleen maar warm,
zoals een kampvuur in de zomer
als de avondkoelte valt
en de avond te mooi is om al naar bed te gaan.
Soms is vuur alleen maar licht,
zoals met Kerstmis wanneer de feesttafel
wordt verlicht door kaarsen
en de vlammen het licht in de duisternis zijn.
Soms is vuur alleen maar pijn.
Een brandend huis waarin de bewoners gillen,
terwijl de vllammen zich in hun huid vastbijten.
Een brandend bos dat na de brand geen bos meer is,
maar een zwartgeblakerd kerkhof.
Vuur maakt me bang.
Het heeft een geheime kracht,
soms goed, soms slecht.
Maar als ik ergens een vuurtje maak,
weet ik dan welke kracht ik ontketen?
Zal het een warmte- of een lichtvuur worden,
of zal mijn vuur een pijnvuur zijn?
Uit: Zonneland
De kinderen mogen na de bespreking in een kolom zetten wat zij positief
of
negatief vonden aan vuur. Dit doen ze op een werkblad.
Slot:
Ten slotte wordt het gedicht nogmaals voorgelezen met achtergrondmuziek
en
brandende kaarsen.
LES 2
LESONDERWERP: Het pinksterverhaal
CONCRETE DOELSTELLINGEN:
Van de leerlingen wordt verwacht dat ze:
-rustig en aandachtig naar het verhaal kunnen luisteren;
-het verhaal aan de hand van vragen zelf kunnen opbouwen;
-de betekenis van het verhaal kunnen achterhalen.
LESGANG:
Introductie:
Sfeerschepping en aankondiging
Kern:
1.Verhaal verbaal aanbieden.(Zie bijbel Handelingen 2)
2.De leerlingen verwoorden hun eerste indrukken.
3.Het verhaal wordt terug opgebouwd door middel van een
onderwijsleergesprek.
4.Verhaalanalyse: Het verhaal wordt getoetst aan de ervaringswereld van
de
kinderen.
Slot:
De kinderen tekenen dat wat hun het meest is opgevallen is in het
verhaal.
Dit kan een personage zijn of een gebeurtenis.
LES 3
LESONDERWERP: Collage
CONCRETE DOELSTELLINGEN:
Van de leerlingen wordt verwacht dat ze:
-kunnen vertellen wat positief en negatief is aan vuur;
-kunnen tekenen over wat positief en negatief is aan vuur;
-de collage rond vuur ordelijk kunnen maken;
-rustig in groep kunnen samenwerken.
LESGANG:
Introductie:
Aanbieden van een lied rond vuur namelijk 'Speel niet met vuur' van
Petra
Kern:
1.Herhaling van de vorige leesonderwerpen.
2.Het maken van een collage in groep.
3.Iedere groep bespreekt zijn collage voor de klasgroep.
Slot:
Opruimen van het materiaal.
________________________________________________________________________